De afdrachtvermindering onderwijs wordt per 1 januari 2014 vervangen door een gerichte subsidieregeling. Er blijft budget voor leerwerkplekken beschikbaar, maar de regels worden een stuk strenger en minder mensen komen voor subsidie in aanmerking. De regeling wordt aangepast omdat de kosten de pan uit rijzen en sommige organisaties oneigenlijk gebruikmaken van de afdrachtvermindering onderwijs.
Het kabinet vindt het belangrijk dat de keuze voor de combinatie van leren en werken blijft bestaan. Om werkgevers financieel te blijven stimuleren om leerwerkplaatsen aan te bieden, komt er een afgeslankte vorm van de afdrachtvermindering onderwijs: de subsidieregeling praktijkleren. Voor deze nieuwe subsidieregeling is € 200 miljoen beschikbaar.
De subsidie is bedoeld voor mensen met een zwakkere positie op de arbeidsmarkt of richt zich op werknemers in sectoren waarin personeelstekorten worden verwacht of die onmisbaar zijn voor de kenniseconomie:
De afgelopen jaren is het gebruik van de afdrachtvermindering onderwijs enorm toegenomen. De Belastingdienst heeft onvoldoende capaciteit om te controleren of de afdrachtvermindering altijd terecht wordt geclaimd. Ook zijn er adviesbureaus die de afdrachtvermindering onderwijs actief promoten om er financieel beter van te worden in plaats vanuit didactisch oogpunt.
De precieze voorwaarden voor de subsidieregeling praktijkleren worden uiterlijk 1 november 2013 bekend.