Verlegging heffingsmoment aandelenopties niet voor 2023

30 maart 2022 | Door redactie

Het wetsvoorstel over het verleggen van het heffingsmoment op aandelenoptierechten bij start-ups treedt niet voor 1 januari 2023 in werking. Op dit moment kijkt het kabinet nog naar eventuele verbeteringen. Dat liet minister Adriaansens van Economische Zaken en Klimaat weten aan de Tweede Kamer.

Lees ook het nieuwsartikel Geen aanpassing wetsvoorstel verlegging aandelenopties

Het kabinet wil het heffingsmoment op aandelenoptierechten bij start-ups en scale-ups verleggen naar het moment waarop de aandelen kunnen worden verhandeld. Daarmee moet het aantrekkelijker worden om aandelenoptierechten als loon te verstrekken. De wet waarin dit geregeld wordt, moest per 1 januari 2022 ingaan. Maar de stemming hierover in de Tweede Kamer werd eind vorig jaar uitgesteld, omdat er nog zorgen over bestonden.
Deze maand liet minister Adriaansens van Economische Zaken en Klimaat in antwoord op Kamervragen weten dat het voorstel in elk geval niet eerder dan 1 januari 2023 in werking treedt. Op dit moment bekijkt het kabinet nog of en hoe het wetsvoorstel kan worden verbeterd. Na weging van de voor- en nadelen van verschillende opties zal het kabinet de Tweede Kamer zo snel mogelijk informeren. De minister verwacht dat dit binnen enkele weken gebeurt.

Zorgen over generieke toepassing en uitvoeringslasten

De twijfels van de Kamerleden over het voorstel zien vooral op de generieke toepassing van de aandelenoptieregeling en de uitvoeringslasten. Zo bestaat de zorg dat de regeling gebruikt wordt door grote ondernemingen waarvoor de regeling niet bedoeld is. Hiervoor kan een plafond een oplossing bieden. Daarbij zou de regeling alleen gebruikt kunnen worden door organisaties met maximaal 250 werknemers of organisaties die onder een bepaalde omzetgrens zitten. Verder leeft de vraag of de uitvoeringskosten wel in verhouding staan tot de regeling.