Eerste Kamer kritisch over kern aanpak excessief lenen

28 oktober 2022 | Door redactie

De Eerste Kamer heeft nog aardig wat vragen over het wetsvoorstel dat ‘excessieve’ leningen van onder meer directeuren-grootaandeelhouders (dga’s) bij hun eigen bv moet aanpakken. Het zijn vragen die de kern raken van de aanpak. Zoals: wat is nu eigenlijk de onderbouwing van de grens van € 700.000 voor excessieve leningen?

Dga’s en andere houders van een aanmerkelijk belang kunnen in de ogen van het kabinet de belastingheffing veel te lang uitstellen door te lenen van hun eigen bv. Daarom moet vanaf 2023 een wet in werking treden die paal en perk stelt aan excessieve schulden. Het deel van de leningen boven een grens van € 700.000 is dan belast in box 2 van de inkomstenbelasting.

Eerste Kamer aan zet met wetsvoorstel

De Tweede Kamer heeft inmiddels ingestemd met het wetsvoorstel, en nu is het aanbeland in de Eerste Kamer. Verschillende senaatsfracties hebben vragen gesteld over het voorstel, die zijn gebundeld in een zogeheten voorlopig verslag (pdf). In het algemeen is er begrip voor het terugdringen van belastinguitstel, maar toch zijn er aardig wat vragen die de basisbeginselen van het wetsvoorstel raken.
Zo vragen CDA en VVD het kabinet om uit te leggen welke situaties er dankzij dit wetsvoorstel straks beter en effectiever bestreden kunnen worden. De partijen wijzen er daarbij op dat de Belastingdienst nu ook al veel mogelijkheden heeft om zogenoemde onzakelijke leningen (artikel) te bestrijden. De fracties van GroenLinks en de PvdA gaan zelfs nog een principiële stap verder, met de vraag waarom de mogelijkheid om fiscaal gunstig te lenen van de bv überhaupt bestaat. Als er namelijk geen rechtvaardigingsgrond is voor deze uitzondering, zou er volgens deze partijen gewoon belasting betaald moeten worden ‘over elke lening aan privé’. Met daarbij de vraag of het kabinet die visie deelt.

Onderbouwing van grens van € 700.000

Ook over grens van € 700.000 zijn de nodige vragen gesteld. Oorspronkelijk zou de grens op € 500.000 komen te liggen, maar het nieuwe kabinet heeft dit opgehoogd naar € 700.000. Die verhoging met twee ton is een politiek compromis geweest, maar CDA en VVD vragen zich af of het houdbaar is als de ‘realiteitswaarde’ van de grens niet goed onderbouwd is. De fracties wijzen erop dat een ‘fictie die volstrekt losstaat van de realiteit’ op een wankele basis staat, zoals onlangs ook is gebleken rondom box 3 van de inkomstenbelasting.
De ChristenUnie (CU) wil dat het kabinet een nieuw overzicht opstelt van de schuldposities. Daaruit zou moeten blijken hoeveel dga’s boven de grens van € 700.000 zitten en hoe vaak er nu eigenlijk sprake is van uitstel of afstel van belastingbetaling. CU wil namelijk dat het kabinet meer opheldering geeft over de zogeheten proportionaliteit van het voorstel. Ofwel: wordt er niet voor een heel kleine groep een wetsvoorstel opgetuigd.

Efficiencywinst voor fiscus en terugwerkende kracht

De CU-fractie wijst er ook op dat het vorige kabinet steeds heeft betoogd dat het ophogen van de grens onwenselijk was. Want dat zou onder meer de effectiviteit aantasten en een verkeerd signaal geven. Het oorspronkelijke grensbedrag was ook gebaseerd op onder meer het gemiddelde leenbedrag. Vraag van de CU is dus wat nu de redenering is achter de grens van € 700.000. CDA en VVD vragen zich bovendien waar in dit voorstel nog de efficiencywinst zit voor de Belastingdienst. Schulden boven de € 700.000 worden straks wel automatisch aangemerkt als excessief, maar onder dat bedrag zal de Belastingdienst nog steeds moeten beoordelen of de leningen wel zakelijke voorwaarden hebben.
Ook wijzen deze twee fracties nog eens op de onbeperkte terugwerkende kracht van het voorstel. Eerder aangegane leningen zijn namelijk niet uitgezonderd van de heffing. Het kabinet heeft steeds gesteld dat dga’s al sinds de aankondiging van de aanpak in 2018 de tijd hebben gehad om de schulden aan te passen. Bovendien zal de fiscus pas eind 2023 peilen hoe hoog de schuld is. CDA en VVD vragen zich echter af hoe reëel dat argument is, aangezien ‘veel ondernemers vanwege corona niet konden aflossen’. Al met al heeft het kabinet dus nog aardig wat uitlegwerk te doen.

Bijlagen bij dit bericht