In sommige organisaties staat er geen pensioenontslagbeding in de cao of arbeidsovereenkomst, maar is het de gewoonte dat werknemers bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd uit dienst gaan. Toch is het beter om dit wel expliciet vast te leggen. Uit jurisprudentie blijkt namelijk regelmatig dat rechters zo’n impliciete gewoonteregel niet meer accepteren.
Per 1 januari 2013 is de AOW-leeftijd met één maand verhoogd. Een andere maatregel is dat de ingangsdatum van de AOW is verschoven van de eerste dag van de maand waarin iemand de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt naar de dag van de verjaardag zelf. In het bericht ‘Ontslagbeding op 65-jarige leeftijd is nietig’ heeft u eerder kunnen lezen dat het belangrijk is dat u het pensioenontslagbeding in de arbeidsovereenkomst aanpast aan de verhoging van de AOW-leeftijd. Maar ook als er in de cao of arbeidsovereenkomst helemaal niets staat over het beëindigen van het dienstverband bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd, moet u opletten. U loopt dan namelijk het risico dat u de werknemer gewoon in dienst moet houden.
In zo’n geval moet u voor een werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd nadert zo snel mogelijk een ontslagvergunning aanvragen bij UWV. Als een werknemer namelijk de AOW-gerechtigde leeftijd al heeft bereikt en er geen pensioenontslagbeding is opgenomen, zal UWV niet snel meer een ontslagvergunning verlenen. Om dit soort situaties te voorkomen, is het verstandig om het pensioenontslagbeding expliciet op te nemen in de arbeidsovereenkomst. Een voorbeeld van zo’n beding is: ‘De arbeidsovereenkomst eindigt van rechtswege, zonder dat opzegging is vereist, met ingang van de dag waarop de werknemer de voor hem geldende AOW-gerechtigde leeftijd bereikt.’