Uit onderzoek van het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg (NIVEL) blijkt dat werknemers met een chronische ziekte of beperking baat hebben bij aanpassing van de werkplek of arbeid. Hierdoor blijven zij langer inzetbaar.
Werkgevers moeten er alles aan doen om zieke of arbeidsbeperkte werknemers aan het werk te houden en arbeidsongeschiktheid te voorkomen. Ook vindt de overheid het wenselijk dat de arbeidsparticipatie van deze groep stijgt.. Daarvoor moet de werkgever vaak wel maatregelen (tool) nemen, zoals aanpassingen in de arbeid, arbeidstijden of arbeidsomstandigheden. Uit onderzoek van het NIVEL (pdf) blijkt dat werknemers met een chronische ziekte of beperking hun werk waarderen met een 7,4. Dat is net zo hoog als gezonde werknemers. Naast de werkomstandigheden zijn gezondheid en begrip van de leidinggevende bepalend voor de mate van tevredenheid.
Arbeidsbeperkten en mensen met een chronische ziekte zijn een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt. Ze kunnen vaak niet volledig productief zijn zonder aanpassingen of ondersteuning. Deze groep mensen komt moeilijker aan het werk: in 2015 had 26% van de 15- tot 64-jarigen met een chronische ziekte of beperking een betaalde baan voor minimaal 12 uur per week. Voor de algemene bevolking lag de arbeidsparticipatie op 66%. Door preventie kan de werkgever zorgen dat chronisch zieken en arbeidsbeperkten langer aan het werk blijven.
De overheid stimuleert werkgevers om ‘mensen met een vlekje’ in dienst te nemen. Via de no-riskpolis ontvangt de werkgever van UWV een vergoeding voor de loonkosten als de arbeidsgehandicapte werknemer ziek wordt. Voor werknemers met een beperking die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen, kan de werkgever loonkostensubsidie krijgen. Die vult voor de werkgever het verschil aan tussen de arbeidsproductiviteit van een werknemer (loonwaarde) en het wettelijk minimumloon. Het nieuwe kabinet is van plan de loonkostensubsidie te vervangen door loondispensatie.