Cao-partijen wijken niet vaak af van de wettelijke ketenbepaling in de cao. Dat blijkt uit een brief van minister Asscher. De kans dat uw werkgever af mag wijken van de ketenbepaling is daarmee klein, maar als OR is het wel goed om dat even in de cao te controleren.
Per 1 juli 2015 is de maximale duur van de ketenbepaling verkort van drie jaar naar twee jaar. Dit betekent dat een werknemer na drie tijdelijke contracten of na een periode van twee jaar recht heeft op een vast contract. De werkgever kan van deze regel afwijken als cao-partijen hierover afspraken hebben gemaakt in de cao. De functies waarvoor dit geldt, moeten dan expliciet in de cao zijn benoemd. Uit een brief (pdf) van minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid blijkt echter dat tot nu toe in maar weinig cao’s zo’n bepaling is opgenomen.
Dat cao-partijen nog geen afspraken over een afwijking van de ketenbepaling (tool) hebben gemaakt, kan te maken hebben met het overgangsrecht. Op grond van het overgangsrecht blijven bepalingen van cao’s die vóór 1 juli 2015 zijn gesloten uiterlijk tot 1 juli 2016 van toepassing. In deze cao’s kan nog een afwijking van de (oude) ketenbepaling zijn opgenomen, waardoor nieuwe afspraken nog geen directe noodzaak hebben.