Het is bijna weer tijd voor de ramadan. Werknemers die meedoen aan deze islamitische vastenmaand zullen tussen zonsopkomst en zonsondergang niet eten, drinken, roken en vrijen. Ze bidden bovendien vijf keer per dag. Organisaties moeten daar rekening mee houden, binnen de grenzen van de wet.
Het valt onder goed werkgeverschap om waar mogelijk rekening te houden met de ramadan, die dit jaar waarschijnlijk op 22 maart begint (het exacte begin en einde van de ramadan is afhankelijk van het verschijnen van de nieuwe maan en daarom pas enkele dagen van tevoren bekend). Werkgevers zijn wel aan wettelijke kaders gebonden. De Arbeidstijdenwet schrijft namelijk voor hoe vaak werknemers minimaal pauze moeten nemen. Die regels gelden ook als een werknemer vanwege de ramadan liever zijn pauzes anders wil indelen, omdat hij zich aan de vastentijden wil houden of wil bidden.
Dit jaar valt de ramadan in maart en april (tool). Eind maart komt de zon rond kwart voor zeven op, een maand later is dit nog iets eerder. Hij gaat bovendien in de loop van april pas rond kwart voor negen ‘s avonds onder. Dat betekent dat vastende werknemers dan pas later op de avond mogen eten en drinken en daardoor wellicht ook minder lang kunnen slapen. Dat kan gevolgen hebben voor hun concentratievermogen. Werkgevers kunnen de werkzaamheden en werktijden aanpassen op de vastentijden. Ze moeten dan wel rekening houden met de verplichte pauzetijden volgens de Arbeidstijdenwet.