Brandveiligheid lijkt vooral over de binnenruimte te gaan, maar veel gebouwen bevatten ook een buitenruimte. Doordat er vaker in de hoogte wordt gebouwd, neemt het aantal (dak)terrassen toe. Ook die moeten worden meegenomen in de vluchtplannen van de bhv.
Elke werkgever is verplicht bedrijfshulpverlening te organiseren. De bedrijfshulpverlener (bhv'er) is onder meer verantwoordelijk voor het bestrijden van beginnende brand en bij calamiteiten voor het in veiligheid brengen van aanwezige personen. Daarbij is een noodplan met ontruimingsplattegronden cruciaal. In het noodplan staan de eisen aan vluchtwegen en nooduitgangen. De voorschriften hiervoor komen uit het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). Dat bepaalt dat de loopafstand naar een nooduitgang maximaal 30 meter mag zijn en dat mensen niet langer dan 30 seconden in de rook hoeven vluchten. Buitenruimtes zoals (dak)terrassen worden echter niet specifiek genoemd. De eisen uit het Bbl en Bouwbesluit gelden voor zogenoemde (sub)brandcompartimenten en die bevinden zich inpandig.
Het is verstandig om bij het nemen van preventieve maatregelen (tool) ook te kijken of en hoe de buitenruimtes van het bedrijfspand te bereiken zijn, en hoe aanwezigen er snel vandaan kunnen komen als zich een calamiteit voordoet. Hierop wijst Brandveilig.com. De loopafstand in het Bouwbesluit is gebaseerd op aanwezigheid in een (sub)brandcompartiment (gedeelte bestemd voor maximaal uitbreidingsgebied van een brand). Omdat er in de buitenlucht minder risico is van inademen van rook kan voor het vluchtplan een langere afstand worden aangehouden dan voor vluchten vanuit een brandcompartiment. Hoe lang dit is, hangt ook af van de afstand die aanwezigen door het gebouw moeten afleggen om het pand te kunnen verlaten. Ook voor het houden van brandoefeningen geldt dat alle ruimtes van het bedrijf moeten worden meegenomen, ook de buitenruimtes. Meer informatie is te vinden in het Bouwbesluit en Bbl.