BTW-correctie privégebruik auto is niet gelijk

15 april 2013 | Door redactie

Het is in strijd met het gelijkheidsbeginsel om onderscheid te maken tussen milieuvriendelijke en minder milieuvriendelijke auto’s. De Hoge Raad heeft echter recent besloten dat dit geen reden is om aan te sluiten bij de lagere BTW-correctie voor milieuvriendelijke auto’s, omdat dat in strijd is met de BTW-regels. Dit in tegenstelling tot de eerdere uitspraken van Rechtbank Haarlem en Gerechtshof Amsterdam.

In het bericht ‘Lagere BTW-correctie niet voor alle auto’s’ kon u al de conclusie lezen van de advocaat-generaal over de oude BTW-correctie. Op basis van deze oude regeling was de hoogte van de BTW-correctie afhankelijk van de zuinigheid van de auto. De bijtelling in de loon- en inkomstenbelasting was namelijk bepalend voor de hoogte van de bijtelling. Rechtbank Haarlem en Gerechtshof Amsterdam vonden dit in strijd met het gelijkheidsbeginsel. Dit was reden voor de wetgever om de wet per 1 juli 2011 aan te passen en een forfait in te voeren. Het belang van de uitspraak zat hem dus nog in de lopende bezwaarschriften tegen de oude BTW-correctie.

Geen beroep begunstigend beleid

De Hoge Raad ging echter niet helemaal mee met deze eerdere uitspraken. Voor de BTW waren milieuvriendelijke en niet-milieuvriendelijke auto’s gelijke gevallen. Er bestond geen rechtvaardiging voor het ongelijk behandelen van deze auto’s. In tegenstelling tot de rechtbank en het gerechtshof vond de Hoge Raad echter dat een BTW-ondernemer geen beroep kon doen op het begunstigende beleid. Er was namelijk sprake van een ongerechtvaardigde begunstiging voor de ondernemer met een milieuvriendelijke auto. Kregen ondernemers met een niet-milieuvriendelijke auto ook dat voordeel dan zou dat de onrechtvaardiging alleen maar uitbreiden. Dit zou in strijd zijn met de BTW-regels en het gelijkheidsbeginsel gaat niet zover. De Belastingdienst zal dus alle lopende bezwaren afwijzen.
Hoge Raad, 12 april 2013, LJN: BX9444