Let op met correcties in laatste BTW-aangifte van 2022!

10 januari 2023 | Door redactie

De laatste BTW-aangifte over het jaar 2022 moet uiterlijk eind deze maand ingediend en betaald zijn. Daarbij is het altijd extra opletten geblazen, want naast de reguliere cijfers moet de BTW-ondernemer ook en aantal specifieke correcties meenemen in de aangifte.

De BTW-aangifte (toolbox) over een tijdvak moet uiterlijk aan het eind van de maand die volgt op dat tijdvak binnen zijn. Voor de BTW-aangifte over het vierde kwartaal van 2022 of over december 2022 is de deadline dus 31 januari 2023. De betaling is overigens inmiddels wel wat makkelijker geworden, want dat kan sinds eind vorig jaar via iDeal.

Correctie voor privégebruik ondernemer

De laatste BTW-aangifte over 2022 is ook het moment dat de ondernemer verplicht een aantal correcties (artikel) moet meenemen. Bijvoorbeeld de correctie voor privégebruik. Onttrekt de BTW-ondernemer goederen en diensten voor eigen privédoeleinden aan de onderneming, dan is er sprake van privégebruik. Voor dat deel mag de ondernemer de BTW niet aftrekken. Is dat eerder wel gebeurd, dan moet er dus een correctie plaatsvinden.

BTW-correcties op basis van het BUA

Daarnaast moet de ondernemer in de laatste aangifte van 2022 rekening houden met correcties in het kader van het Besluit Uitsluiting Aftrek van voorbelasting (BUA). Daarbij gaat het om zaken die de ondernemer betaalt, die ook een privécomponent hebben. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om loon in natura, zoals kerstpakketten, maar ook om relatiegeschenken. Voor het BUA geldt een drempel van € 227 exclusief BTW per werknemer. Blijft een onderneming in een jaar onder dit plafond, dan is alle voorbelasting dus wél gewoon aftrekbaar. Anders moet de onderneming alle BTW afdragen.

Privégebruik auto van de zaak en BTW

Tot slot is er een BTW-correctie voor privégebruik van de auto van de zaak (artikel). Want voor het deel dat de auto niet zakelijk is gebruikt, bestaat er geen recht op aftrek. De ondernemer kan het precieze privégebruik aantonen met een rittenregistratie. Als die er niet is, en de ondernemer betaalt ook geen zakelijke vergoeding voor het privégebruik, dan geldt de forfaitaire regeling (rekentool). Die houdt in dat de ondernemer standaard 2,7% over de cataloguswaarde van de auto (inclusief BTW en BPM) als BTW moet afdragen. Is er bij de aanschaf van de auto geen BTW afgetrokken, dan moet de ondernemer een forfaitaire bijtelling van 1,5% hanteren in de BTW-aangifte.