Ondernemers die gebruik willen maken van de kleineondernemersregeling (KOR) in de BTW moeten zich op tijd aanmelden bij de Belastingdienst. Namelijk uiterlijk vier weken vóór de ingangsdatum van het aangiftetijdvak waarin de KOR moet ingaan. Ook het afmelden voor de KOR moet op tijd.
Een BTW-ondernemer met een omzet die in een jaar niet hoger is dan € 20.000 exclusief BTW kan een beroep doen op de KOR (verdiepingsartikel). De regeling kan voor kleine ondernemers flink wat administratieve lasten schelen. Ondernemers die kiezen voor de KOR hoeven namelijk geen BTW-aangifte (toolbox) te doen, en bijvoorbeeld ook geen BTW te berekenen aan hun klanten. Nadeel is dat zij ook geen BTW kunnen aftrekken.
Een ondernemer die de KOR wil toepassen moet zich aanmelden bij de Belastingdienst. Dat moet per post, met het formulier ‘Melding omzetbelasting kleineondernemersregeling’. Een aanmelding moet uiterlijk vier weken voor de ingangsdatum van het aangiftetijdvak waarin de KOR moet ingaan, door de Belastingdienst zijn ontvangen. Een ondernemer die dus bijvoorbeeld met ingang van 1 januari de KOR wil toepassen, moet zorgen dat de aanmelding uiterlijk 2 december in het voorgaande jaar bij de fiscus binnen is.
Na de aanmelding volgt een brief van de Belastingdienst met daarin de definitieve ingangsdatum van de KOR. De ondernemer moet wel BTW-aangifte blijven doen tot aan de ingangsdatum in deze brief. Aanmelden voor de KOR kan dus nadrukkelijk niet met terugwerkende kracht.
Een ondernemer die kiest voor de KOR, moet de regeling minstens 3 jaar blijven toepassen (verdiepingsartikel). Na deze periode kan de ondernemer zich op elk moment afmelden. Deze afmelding moet ook weer schriftelijk, via het formulier ‘Melding beëindiging omzetbelasting kleineondernemersregeling’. De Belastingdienst stelt vervolgens vast wanneer de beëindiging ingaat, en vanaf welk tijdvak de ondernemer dus weer BTW-aangifte moet gaan doen. Er geldt overigens een wachttijd: als de KOR eenmaal gestopt is, kan de ondernemer er pas 3 jaar later weer voor kiezen om de KOR te gaan toepassen.
Maar komt de omzet van een KOR-deelnemer in één kalenderjaar boven de € 20.000 uit, dan moet de ondernemer zich direct afmelden voor de regeling. Voor het bepalen van de omzet tellen bijvoorbeeld leveringen aan buitenlandse afnemers waarbij voor een BTW-tarief van 0% is toegepast wél mee, maar diensten die zijn vrijgesteld van BTW niet. Welke omzet wel en niet meetelt voor de KOR leest u in deze Vraag & Antwoord. Na het overschrijden van de omzetgrens vallen alle leveringen en diensten niet meer onder de KOR-vrijstelling, en hier moet dus weer BTW over berekend en afgedragen worden. Dat geldt ook voor de levering of dienst zelf die ervoor zorgt dat de drempel wordt overschreden. Als beëindigingsdatum moet de ondernemer de datum van deze handeling invullen op het afmeldformulier.