Een werknemer door middel van coaching begeleiden, is alleen zinvol als er is nagedacht over de coachingsmethode en coachingsstijl. De stijl moet passen bij de leidinggevende in zijn rol als coach, maar ook bij de werknemer en de coachingsdoelen.
Het type probleem waar een werknemer tegenaan loopt, bepaalt de coachingsmethode. Die biedt een kader voor het verdere traject. Voor de uitvoering van het traject (tools), zal de leidinggevende zich een bepaalde coachingsstijl aanmeten. Er zijn verschillende stijlen:
In tegenstelling tot het kiezen van een coachingsmethode, is het wel mogelijk om binnen een bepaalde methode te wisselen tussen coachingsstijlen. De leidinggevende zit dus niet vast aan één stijl als hij eenmaal een keuze heeft gemaakt. Toch sluiten niet iedere stijl en methode goed bij elkaar aan. Ook de eigen stijl van de leidinggevende en de voorkeuren van de werknemer zijn onderdeel van deze coachingspuzzel.