Belastingrente van tafel door onduidelijk aangiftesysteem
Een belastingrentebeschikking moet van de rechter worden vernietigd omdat het aangifteprogramma voor meerdere uitleg vatbaar is. Door deze onduidelijkheid kon de belastingplichtige een fout maken die niet aan hem te verwijten is.
De Belastingdienst brengt belastingrente (artikel) in rekening als een aangifte te laat of onjuist wordt ingediend. Maar als de belastingplichtige een fout heeft gemaakt doordat het aangifteprogramma niet duidelijk is, kan de opgelegde belastingrentebeschikking voor de onjuistheid de versnipperaar in. Dit speelde onlangs in een zaak waar Gerechtshof Den Haag zich over de belastingrente moest buigen.
Geen bijdrage Zorgverzekeringswet over geheven
De belastingplichtige in deze zaak had van zijn bv in 2018 tot en met 2021 een lijfrente-uitkering ontvangen van € 24.000. Hierop was geen loonheffing door de bv ingehouden. De man had deze uitkering in zijn aangiften inkomstenbelasting opgenomen in de rubriek ‘Pensioen en andere uitkeringen’ onder ‘Lijfrente-uitkering of afkoopsom’. Hierdoor was er geen bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) over geheven. De inspecteur had daarom navorderingsaanslagen Zvw opgelegd en ook belastingrente in rekening gebracht. De man was het hier niet mee eens en stapte naar de rechter.
Aangifteprogramma voor meerdere uitleg vatbaar
Hof Den Haag gaf aan dat de belastingrentebeschikkingen moesten worden vernietigd omdat het aangifteprogramma van de Belastingdienst voor meerdere uitleg vatbaar was. De man had zijn lijfrente-uitkering onbewust in de verkeerde rubriek aangegeven, waardoor er geen bijdrage Zvw was meegenomen. Het hof vond dat de rubriek ‘Lijfrente-uitkering of afkoopsom’ een logische keuze was voor de man om zijn uitkeringen in aan te geven, omdat in deze rubriek specifiek de term lijfrente-uitkeringen stond en de man dus dacht dat dit de juiste plek was om de uitkering aan te geven. Het belastingsysteem werd door de rechter als onduidelijk (en voor meerdere uitleg vatbaar) bestempeld op dit gebied. De fout was daarom niet aan de man toe te rekenen. De belastingrentebeschikkingen waren daarom in strijd met het evenredigheidsbeginsel (infographic) en gingen van tafel. Het hoger beroep was dus gegrond.
Gerechtshof Den Haag, 3 juni 2025, ECLI (verkort): 1066