Fiscus moet tijdige postbezorging bewijzen

22 januari 2015 | Door redactie

Stuurt de Belastingdienst u een naheffingsaanslag, maar gaat er iets mis met de post en komt u hierdoor in de problemen? Dan moet de Belastingdienst kunnen bewijzen dat de naheffingsaanslag tijdig is verstuurd. Kan de fiscus dit niet, dan zal de rechter de naheffingsaanslag en een eventuele boete vernietigen, zo blijkt uit een uitspraak van Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

In die zaak draaide het om een bv die over 2003 en 2004 flinke naheffingsaanslagen BTW opgelegd kreeg, met bijbehorende boetes. De bv stapte hierop naar de rechter. De inspecteur verzond de naheffingsaanslagen namelijk per gewone post. De bv stelde echter dat de naheffingsaanslagen te laat op de mat vielen, respectievelijk twee weken en één week na het einde van de naheffingstermijn. 

Geen hard bewijs voor tijdige verzending

Het was daarom aan de inspecteur om aan te tonen dat de naheffingsaanslagen tijdig waren bezorgd. De inspecteur stelde dat het versturen van aanslagbiljetten een geautomatiseerd proces is, en dat uit de data van de Belastingdienst bleek dat de aanslagbiljetten waren aangeboden aan TNT Post. De rechter vond dit echter niet overtuigend genoeg. Er was namelijk geen verklaring van een ambtenaar om te staven dat de specifieke naheffingsaanslagen aan de bv daadwerkelijk waren verzonden, en dit wordt door de Belastingdienst ook niet bijgehouden. Omdat de inspecteur de tijdige bezorging van de aanslagen dus niet overtuigend kon bewijzen, besloot de rechter de naheffingsaanslagen te vernietigen.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 23 december 2014, ECLI (verkort): 10020