Kabinet wil snoeien in aantal fiscale regelingen

7 juni 2022 | Door redactie

Het kabinet wil deze regeerperiode stappen zetten om het belastingstelsel eenvoudiger te maken. Daarom zullen fiscale regelingen waarvan bij een evaluatie blijkt dat ze niet slagen in hun doelstelling afgeschaft of versoberd worden. Onder meer de investeringsaftrek en de werkkostenregeling staan de komende jaren op de rol voor een evaluatie.

Het streven om het belastingstelsel minder complex te maken staat in de Fiscale beleids- en uitvoeringsagenda, die staatssecretaris Marnix van Rij van Financiën naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Het pakket bevat een flink aantal documenten, met ook de prioriteiten voor het belastingbeleid de komende jaren en een agenda (pdf) met alle fiscale wetsvoorstellen die nog op de rol staan.

Complexiteit stelsel is een belemmering

Het belastingstelsel kent tal van aftrekposten, vrijstellingen en uitzonderingen. Dat maakt dat burgers en ondernemers vaak moeilijk hun weg kunnen vinden. Ook legt de complexiteit druk op de uitvoering en op de al veelgeplaagde ICT-capaciteit bij de Belastingdienst.
Van Rij memoreert dat veel specifieke regelingen zijn ingevoerd om doelstellingen te halen of groepen mensen te helpen. Daardoor is er niet altijd draagvlak om een regeling af te schaffen. Toch wil de staatssecretaris wel deze kabinetsperiode ‘de eerste stappen zetten’ om het stelsel te vereenvoudigen. Daarbij wijst hij op afspraken uit het regeerakkoord, zoals het afschaffen van de verhoogde schenking voor een eigen woning (artikel) en de middelingsregeling. Daarnaast wil Van Rij voor de zomer van 2023 een concrete aanpak klaar hebben voor verdere stappen die de complexiteit moeten terugdringen.

Aanpak van ‘niet-doelmatige’ fiscale regelingen

Tegelijkertijd ziet Van Rij een belangrijke rol voor de evaluaties van diverse fiscale regelingen die de komende jaren op de rol staan. Hij wijst erop dat elke uitzondering op de hoofdregel het stelsel ingewikkelder maakt. Bovendien leidt die tot minder inkomsten voor de staatskas. Dat is volgens Van Rij alleen te verantwoorden als zo’n regeling ook ‘doelmatig en doeltreffend’ is. Ofwel: de regeling moet doen waar die voor bedoeld is én dit moet bovendien de meest effectieve manier zijn om overheidsgeld in te zetten voor dat doel. Uitgangspunt voor Van Rij is om een regeling af te schaffen of te versoberen als het oordeel in een evaluatie negatief uitvalt. Dit roept meteen de vraag op wat er gaat gebeuren met de bedrijfsopvolgingsfaciliteit, want die is volgens de recente evaluatie niet noodzakelijk en niet doelmatig.

Evaluatie van investeringsaftrek en werkkostenregeling

De komende tijd worden er volgens de eerdere planning nog diverse fiscale regelingen onder de loep genomen. Voor 2023 zijn dat bijvoorbeeld de bijzondere regelingen voor investeringsaftrek (EIA, MIA en Vamil), de innovatiebox (infographic) in de vennootschapsbelasting en de werkkostenregeling. Voor 2024 is het de bedoeling om onder meer de fiscale regelingen voor de eigen woning te evalueren.