Problemen bij fiscus zijn nog lang niet opgelost

3 mei 2018 | Door redactie

Weer moet een staatssecretaris van Financiën ingrijpen in bij de hervorming van de Belastingdienst. Na de ondercuratelestelling van de fiscus in 2016 blijkt namelijk dat de problemen omtrent de ICT en het personeelstekort nog lang niet zijn opgelost.

De Belastingdienst werd in 2016 onder curatele gesteld door de staatssecretaris en minister van Financiën vanwege de fouten die bij de vertrekregeling binnen de fiscus waren gemaakt. Ook bleek dat de ICT sterk verouderd was. De onder curatelemaatregel werd destijds genomen om de cultuur binnen de Belastingdienst te veranderen. De fiscus ging namelijk te veel zijn eigen weg.  De Inspectie der Rijksfinanciën ging op dat moment toezien op de uitgaven van de Belastingdienst. Daarnaast kwam er een commissie van wijze heren en dames die ging onderzoeken hoe besluiten bij de fiscus tot stand komen.

Problemen Belastingdienst zijn hardnekkig

Twee jaar later geeft staatssecretaris Snel van Financiën echter aan dat hij ingrijpt bij de hervorming van de Belastingdienst. De kans is groot dat dit tot nieuwe vertragingen van de hervormingen leidt volgens hem. Uit een nieuw onderzoek dat afgelopen december werd verricht blijkt dat de personeels- en ICT-problemen bij de Belastingdienst hardnekkig zijn en dat deze problemen voorlopig nog niet opgelost zijn. Snel wil daarom dat het vernieuwingsprogramma stapsgewijs en beheerster wordt aangepakt. Nu is de aanpak nog te grootschalig volgens hem. Hij wil onder meer enkele vernieuwingsprojecten uitstellen en deze pas weer starten als de huidige vijf projecten zijn afgerond. 

Meer werknemers vertrekken dan binnenkomen

Het is ook nog steeds een groot probleem dat er meer werknemers vertrekken dan dat er voor de vernieuwing worden aangenomen. Dit gaat vooral om hoogopgeleide werknemers. Snel trekt daarom € 100 miljoen extra uit om de mismatch op personeelsgebied, het tekort aan hoogopgeleiden, op te vangen. Ook op ICT-gebied boekt men minder voortgang dan was gehoopt.