Uw onderneming moet zich houden aan de afspraken die met de fiscus zijn overeengekomen en vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst. Het is volgens Rechtbank Breda niet mogelijk om daar op een later moment op terug te komen.
De fiscus kan met uw onderneming een vaststellingsovereenkomst overeenkomen als er onduidelijkheid bestaat over de fiscale consequenties in uw situatie. In deze overeenkomst legt de fiscus dan de gemaakte afspraken vast. In deze zaak was er onduidelijkheid over het moment waarop de vestigingsplaats van de bv was gewijzigd van Nederland naar het Verenigd Koninkrijk. In een vaststellingsovereenkomst legde de Belastingdienst vast dat de verplaatsingsdatum 1 januari 2009 was.
De onderneming maakte echter bezwaar tegen de aanslag vennootschapsbelasting. Ze wilde toch afwijken van de vaststellingsovereenkomst en uitgaan van 2 juli 2008 als verplaatsingsdatum. Op die datum verkocht de bv namelijk haar dochter en bleef als kasgeldvennootschap over. De onderneming stelde dat er toen sprake was van de verplaatsing naar het Verenigd Koninkrijk. De rechtbank gaf aan dat de datum van overgang lastig te bepalen was en dat de vaststellingsovereenkomst hier duidelijkheid over gaf. Daarnaast was de overeenkomst niet in strijd met de goede zeden of de openbare orde. De fiscus kreeg dus gelijk en de verplaatsingsdatum was 1 januari 2009.
Rechtbank Breda, 23 januari 2013, LJN: CA0877