Wilt u een proefplaatsing aanvragen voor langer dan twee maanden, dan moet u dit verzoek grondig onderbouwen. UWV beoordeelt aanvragen die de standaardduur van twee maanden overschrijden namelijk een stuk strenger. Een langere plaatsing is bijvoorbeeld toegestaan als de potentiële werknemer maar één dag per week kan werken.
Denkt u erover om iemand met een WAO-, WIA-, WAZ-, Wajong-, ZW- of WW-uitkering in dienst te nemen, dan kunt u die potentiële werknemer een tijdje bij u laten werken met behoud van zijn uitkering. Zoals u heeft kunnen lezen in het bericht ‘Reguliere duur proefplaatsing verkort’ is sinds dit jaar de standaardduur van de proefplaatsing teruggebracht van drie naar twee maanden, maar is verlenging tot zes maanden nu mogelijk. UWV staat geen langere proefplaatsing toe als die alleen maar is bedoeld om de inwerkperiode te verlengen.
Om in aanmerking te komen voor een proefplaatsing, moet u het voornemen hebben om de werknemer na de proefplaatsing een dienstverband aan te bieden van tenminste zes maanden. U moet voor de werknemer een ongevallen- en aansprakelijkheidsverzekering afsluiten. Na de proefplaatsing mag u geen proeftijd meer afspreken. U heeft dan immers al een beeld gekregen van de geschiktheid van de werknemer.