Advieskantoor aansprakelijk voor deel gemiste NOW-steun

9 augustus 2022 | Door redactie

Een recente rechtszaak beantwoordt de vraag of een financieel adviseur aansprakelijk is voor gemiste coronasteun. De rechter vindt dat de adviseur meer moeite had moeten doen, maar de onderneming had óók wel even aan de bel mogen trekken. Gevolg: ieder is aansprakelijk voor de helft van de schade.

In deze zaak draaide het om de NOW-regeling, een tegemoetkoming in de loonkosten. De NOW-regeling was één van de belangrijke pijlers onder het enorme pakket aan coronasteun dat het kabinet in 2020 in sneltreinvaart heeft opgetuigd.

Aanvraagtermijn NOW verstreken

In dit geval ging het om een veilinghuis dat een administratie- en advieskantoor inschakelde voor het aanvragen van de NOW 1, die liep van maart tot en met mei 2020. Die steun werd ook toegekend, maar op een gegeven moment hielden de betalingen op. Toen bleek dat het advieskantoor geen aanvraag had ingediend voor de NOW 2 (juni tot en met september 2020). Inmiddels was de aanvraagtermijn ook verstreken en dus liep het veilinghuis over deze periode de loonsteun mis. Daarop stapte de onderneming naar de rechter om het advieskantoor aansprakelijk te stellen (artikel) voor de gemiste steun. Dat ging om een bedrag van een kleine € 46.000.

Adviseur had moeten waarschuwen

Het advieskantoor verweerde zich onder meer door te wijzen op de algemene voorwaarden (infographic). Daarin stond dat als een klant een tekortkoming niet binnen een maand meldt, alle aansprakelijkheid vervalt. Ook had het kantoor naar eigen zeggen niet genoeg zicht op de omzet van het veilinghuis én was er geen aparte opdracht gegeven voor het aanvragen van de NOW 2.
Die argumenten vond de rechtbank echter allemaal niet overtuigend genoeg. In dit geval had het kantoor ook buiten de formele opdracht om het veilinghuis moeten waarschuwen. Zo had het veilinghuis al begin april 2020 laten weten dat er in de maanden daarna geen veilingen zouden zijn. Daar had het advieskantoor volgens de rechter toch minimaal uit mogen afleiden dat er ook na de NOW 1 nog behoefte was aan steun. Zeker omdat het kantoor later namens het veilinghuis nog een aanvraag deed voor een andere steunregeling, de TVL. Door niet te waarschuwen schond de adviseur zijn zorgplicht.

Mislopen steun ook aan veilinghuis te wijten

Al met al was het advieskantoor volgens de rechter dus aansprakelijk voor de geleden schade. Maar ook het veilinghuis zelf ging bepaald niet vrijuit. Want die had als grotere werkgever ook een eigen verantwoordelijkheid om dit soort belangrijke ontwikkelingen in de gaten te houden. Het veilinghuis had van UWV de bevestiging ontvangen dat de NOW-steun was toegekend en daar stond dus ook bij dat de steun tijdelijk zou zijn. Dat het veilinghuis steun was misgelopen was dus ook deels aan haarzelf te wijten. Daarom vond de rechter het redelijk dat de adviseur aansprakelijk was voor maximaal 50% van de schade. Hoe hoog die schade uitpakt moet nog in een volgende zitting blijken. Want daarvoor moet het veilinghuis aantonen dat zij ook daadwerkelijk de NOW 2 zou hebben gekregen.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 13 juli 2022, ECLI (verkort): 3861