BTW van dubieuze debiteuren apart terugvragen

15 mei 2013 | Door redactie

De afgedragen BTW over oninbare facturen kunt u alleen terugvragen door middel van een apart verzoek bij uw lokale belastingkantoor. Dit benadrukte Gerechtshof Amsterdam in een recente uitspraak. U kunt deze BTW dus niet terugvragen via de BTW-aangifte.

De BTW die u in rekening brengt aan uw klanten moet u vervolgens meteen aangeven bij de fiscus en afdragen. De kans bestaat echter dat een klant uw factuur helemaal niet betaalt, terwijl u intussen al wel de BTW heeft afgedragen. U mag deze BTW dan terugvragen. Tot 2005 kon dit via de reguliere BTW-aangifte en via een verzoek aan uw belastingkantoor. Maar sinds de invoering van de elektronische BTW-aangifte kan dit alleen nog maar via uw belastingkantoor. Toen een accountants- en belastingadvieskantoor BTW over oninbare vorderingen over januari 2008 terugvroeg via de BTW-aangifte, kreeg het nul op het rekest. 

De wet geeft werkwijze duidelijk aan

Het kantoor had de BTW over oninbare vorderingen als voorbelasting in aftrek gebracht en met die werkwijze ging de inspecteur niet akkoord. Maar volgens het kantoor was dit niet op een andere manier mogelijk, omdat het elektronische aangiftebiljet geen veld meer bevatte voor vorderingen op dubieuze debiteuren. Gerechtshof Amsterdam gaf in deze zaak aan dat de wet duidelijk was: een verzoek tot teruggaaf van BTW als gevolg van oninbare vorderingen moet apart gedaan worden. De inspecteur werd dus in het gelijk gesteld.
Gerechtshof Amsterdam, 4 april 2013, LJN: BZ7222