Hoge Raad geeft handvatten bij disfunctioneren

12 juli 2019 | Door redactie

De Hoge Raad heeft in een arrest aangegeven waar een werkgever rekening mee moet houden bij het verbetertraject van een disfunctionerende werknemer. Zonder verbetertraject is ontslag in principe niet mogelijk.

Als een werkgever vindt dat een werknemer disfunctioneert, kan hij hem niet zomaar ontslaan. Een kantonrechter zal een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst pas accepteren als de werknemer een serieuze kans heeft gekregen om zijn functioneren te verbeteren, maar deze kans onbenut is gebleven. In de wet zijn geen vereisten voor het verbetertraject opgenomen. Welke hulp een werknemer van een werkgever mag verwachten en wat de werkgever moet vastleggen voor een verbetertraject, verschilt per situatie. In een recent arrest heeft de Hoge Raad aangegeven welke omstandigheden een rol kunnen spelen bij de beoordeling van een verbetertraject.

Geen algemene eisen voor verbetertraject

De Hoge Raad noemt de volgende factoren die voor het verbetertraject van belang kunnen zijn:

Verwachtingen verschillen per werknemer

Voorgaande betekent bijvoorbeeld dat een werkgever in een verbetertraject van een werknemer met een hoge functie en veel werkervaring meer eigen initiatief mag verwachten dan bij een werknemer die pas net start in een juniorfunctie. En voor het verbetertraject van een werknemer met een kort dienstverband verwacht de rechter doorgaans minder inspanningen van de werkgever dan bij een werknemer met een lang dienstverband. Werkgevers doen er dus goed aan deze omstandigheden mee te wegen bij het werken aan een verbetertraject. Ontslaan op basis van disfunctioneren blijft hoe dan ook lastig. De Wet arbeidsmarkt in balans brengt daar per 2020 met de cumulatiegrond enige verandering in, maar daar hangt wel een prijskaartje aan.
Hoge Raad, 14 juni 2019, ECLI (verkort): 933