Na een aantal verduidelijkingen en toezeggingen van het kabinet lijkt er in de Eerste Kamer voldoende steun voor de invoering van het zogeheten UBO-register. De Senaat stemt op 23 juni over het wetsvoorstel dat de invoering van het register regelt.
Het UBO-register (infographic) is onderdeel van de Europese richtlijn die witwassen moet tegengaan. In het register komen gegevens te staan van de uiteindelijk belanghebbenden (‘ultimate beneficial owners’ ofwel UBO’s) van onder meer bv’s en stichtingen. Bijvoorbeeld de grootaandeelhouders van familiebedrijven komen in het register, en uit die hoek is al volop kritiek geuit op het register (zie ook: Wanneer is iemand een UBO?).
Het UBO-register wordt onderdeel van het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (KvK). Eigenlijk had Nederland het UBO-register al op 10 januari 2020 open moeten hebben. Maar de behandeling in de Eerste Kamer is dus nog bezig. Tijdens de plenaire vergadering over het wetsvoorstel stelden de senatoren nog vragen over de praktische werking van het register. Ook de behandeling van kerkgenootschappen kwam opnieuw aan de orde. Oorspronkelijk wilde het kabinet kerkgenootschappen uitzonderen van de registratieplicht, maar de Tweede Kamer heeft die uitzondering geschrapt.
Minister Hoekstra van Financiën gaf tekst en uitleg in de Eerste Kamer. Zo liet hij weten dat de KvK nog met voorlichting komt over hoe ondernemingen aan de regels van het UBO-register moeten voldoen. En ook over de sancties bij foute inschrijvingen. Daarnaast komt er bijvoorbeeld een ‘gebruikersraad’, die het kabinet vertelt over de ervaringen met het UBO-register. En elke raadpleging van het register gaat € 2,50 kosten, meldde Hoekstra.
De Senaat gaat dus op 23 juni stemmen over het wetsvoorstel. Maar wanneer het UBO-register dan open gaat is nog niet duidelijk. Ondernemingen die nu al ingeschreven staan in het Handelsregister hebben na de opening van het UBO-register 18 maanden de tijd om een UBO in te schrijven. Maar ondernemingen die zich nieuw inschrijven in het Handelsregister moeten al meteen een UBO opgeven. Om fouten te voorkomen zal de KvK zal bij elke inschrijving de ‘onderbouwende documentatie’ checken, aldus Hoekstra. Ook moeten bijvoorbeeld banken het melden als zij verschillen ontdekken tussen hun eigen administratie en de gegevens in het UBO-register.