Bijna 2,5 miljoen Nederlanders werden in 2021 slachtoffer van online criminaliteit. Zij kregen vooral te maken met online oplichting en fraude. Minder dan de helft maakte daar melding van en slechts een kleine 20% deed aangifte. Dit meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van de Veiligheidsmonitor 2021.
Er waren afgelopen jaar ruim 1,5 miljoen slachtoffers van online oplichting en fraude. Er was meestal sprake van aankoopfraude (7%), waarbij producten die online waren gekocht uiteindelijk niet werden geleverd. Ook was 7% slachtoffer van hacken en had 2% te maken met online bedreiging en intimidatie. Ruim honderdduizend Nederlanders waren gedupeerd door phishing. Van alle Nederlanders van 15 jaar of ouder ontvingen meer dan twee op de drie (68%) in 2021 ten minste één keer een telefoontje, e-mail of ander bericht van een oplichter. Daarvan werd 2% uiteindelijk ook slachtoffer.
Slachtoffers van online bedreiging en intimidatie hadden vaker last van emotionele of psychische problemen dan slachtoffers van online oplichting, fraude en hacken. Zo zegt meer dan de helft van slachtoffers van online pesten daar problemen door te ervaren, tegenover iets meer dan 10% van slachtoffers van hacken of aankoopfraude. Van alle slachtoffers van online criminaliteit meldde 47% dit bij een instantie of in eigen kring en deed 19% aangifte bij de politie. Fraude in het betalingsverkeer werd door ruim drie kwart van de slachtoffers bij een instantie gemeld, bijvoorbeeld bij de bank of de Fraudehelpdesk. Een kwart van deze slachtoffers deed aangifte bij de politie. Slachtoffers van phishing deden met 55% het vaakst aangifte. Van hacken werd het minst vaak aangifte gedaan.