Gebruikelijk loon voor extra werk in andere bv

1 mei 2013 | Door redactie

Voor werk dat een aanmerkelijkbelanghouder voor een dochtervennootschap doet naast het werk in zijn eigen bv, moet diegene mogelijk ook het gebruikelijk loon rekenen. Dit was het geval bij een directeur-grootaandeelhouder (dga), die naast zijn fulltime baan als kok ook in twee dochtervennootschappen werkte.

De kok was dga en bestuurder van een bv, die op haar beurt alle aandelen hield van twee andere bv’s. Eén daarvan ging failliet in november 2006. Tot het faillissement verrichtte de dga werkzaamheden voor deze dochter-bv. Na het faillissement werkte de dga voor de rest van 2006 voor de andere dochter-bv. Hij verzuimde om op tijd zijn aangifte inkomstenbelasting in te dienen, waarop de inspecteur hem een ambtshalve aanslag oplegde. Hierin nam hij een gebruikelijk loon op voor het werk dat de kok had verricht in de twee andere bv’s. De dga was het hier niet mee eens en stapte uiteindelijk naar de rechter.

Werkzaamheden golden als volledige dienstbetrekking

Gerechtshof Arnhem moest uiteindelijk oordelen over de aanslag van de inspecteur. De rechter vond het terecht dat de inspecteur een gebruikelijk loon had meegerekend bij de inkomsten van de dga (toolbox). Hij had immers werkzaamheden voor beide dochter-bv’s verricht. Omdat de dga niet het hele jaar door bij allebei de bv’s had gewerkt, maar deels bij de een en deels bij de ander, werden deze werkzaamheden samen gezien als een volledige dienstbetrekking. De dga moest daarover dus wel degelijk een gebruikelijk loon rekenen. Dat hij daarnaast fulltime als kok werkte, veranderde hier volgens het hof niets aan.
Gerechtshof Arnhem, 16 april 2013, ECLI (verkort): BZ7824