Werknemers zullen binnenkort nog geen wettelijk recht krijgen op flexibele werktijden en een flexibele werkplek. Uit een debat in de Tweede Kamer blijkt namelijk dat verschillende partijen nog twijfels hebben bij het initiatiefwetsvoorstel Flexibel werken. Komt het wetsvoorstel door de Tweede en Eerste Kamer, dan zal de Wet aanpassing arbeidsduur wijzigen.
Zoals u eerder heeft kunnen lezen in het bericht ‘Nieuw wetsvoorstel voor recht op flexibel werk’ wordt het wetsvoorstel Flexibel werken samen behandeld met het wetsvoorstel Modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden. In het initiatiefwetsvoorstel (pdf) zijn de volgende punten geregeld:
In de Tweede Kamer zijn er twijfels over de effectiviteit van de wet. Zo vindt een deel van de Kamer dat dit soort afspraken thuishoren in de cao en niet in wetgeving. Op die manier is er meer ruimte om de regeling af te stemmen op de bedrijfsomstandigheden in de sector. Ook wil de Kamer meer duidelijkheid hebben over wat er precies onder een zwaarwegend bedrijfsbelang wordt verstaan. De initiatiefnemers komen later terug op de kritiek van de Kamer.
Omdat het initiatiefwetsvoorstel voorlopig nog niet is ingevoerd, kan uw OR wel alvast initiatief nemen en met flexibel werken aan de slag gaan. Als uw achterban de behoefte heeft aan flexibele werktijden en arbeidsplaatsen, kan de OR die wens vanuit de werknemers overdragen aan de vakbonden. De vakbonden nemen deze mogelijkheden vervolgens mee bij de cao-onderhandelingen. Daarnaast heeft uw OR instemmingsrecht (artikel 27 lid 1b WOR) als de bestuurder een regeling op het gebied van de arbeids- of rusttijden wil wijzigen.