Tweede Kamerlid Mahir Alkaya (SP) heeft een initiatief wetsvoorstel opgesteld voor een wijziging van de Wet op de ondernemingsraden (WOR). De zogenoemde Wet eerlijk beslissen moet ondernemingsraden in grote organisaties meer zeggenschap geven bij het beleid.
Alkaya wil dat werknemers van grote organisaties meer zeggenschap krijgen over de koers van de organisatie. Met een aanpassing van de Wet op de ondernemingsraden wil hij de bevoegdheden van de ondernemingsraad (OR) uitbreiden. Hij wil onder andere de OR van organisaties met 100 of meer werknemers instemmingsrecht geven bij meer belangrijke besluiten over de organisatiestrategie.
In artikel 27, lid 1 WOR staat bij welke voorgenomen besluiten de OR instemmingsrecht heeft. Aan deze lijst wil Alkaya twee belangrijke onderdelen toevoegen:
Daarnaast staan in de Wet eerlijk beslissen concrete data waarop de OR-verkiezingen moeten plaatsvinden (uitbreiding artikel 6 WOR). Zo moeten de verkiezingen plaatsvinden op 1 mei (of de eerste werkdag na deze datum) voorafgaand aan het aftreden van de OR. Als de instellingsplicht ingaat tussen 1 november en 1 februari, moeten de verkiezingen op 1 mei hierna plaatsvinden. Gaat de instellingsplicht in tussen 1 februari en 1 november, dan moeten er direct OR-verkiezingen worden gehouden. Een uitbreiding van artikel 12 WOR moet ertoe leiden dat OR-leden in het vervolg aftreden in de eerste vergadering die volgt op de uitslag van de verkiezingen voor de nieuwe OR.
De Wet eerlijk beslissen staat tot en met 17 november 2020 op internetconsultatie.nl. Tot die tijd kunnen belanghebbenden reageren op het wetsvoorstel. Dit is vooral voor OR-leden een goede kans om invloed uit te oefenen op de aanpassingen in de WOR. OR-leden hebben veel ervaring en een goede kijk op de onderwerpen die Alkaya met zijn wetsvoorstel wil aanpassen. Na afloop van de consultatiefase moet Alkaya het wetsvoorstel concreet maken en moeten de Tweede en Eerste Kamer zich er nog over buigen.