Handelsakkoord tussen EU en Britten nog ver weg

8 juni 2020 | Door redactie

Het is door de wereldwijde coronacrisis naar de achtergrond gedrongen, maar het blijft onverminderd een hoofdpijndossier: de Brexit. De onderhandelingen over de toekomstige handelsrelatie tussen de Britten en de Europese Unie schieten namelijk op zijn zachtst gezegd niet echt op. En dus komt ook het ‘no deal’-scenario weer in beeld.

De Brexit heeft zich op 31 januari 2020 voltrokken. Sindsdien werken beide kampen aan het volgende hoofdstuk: de toekomstige handelsrelatie tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk (VK). De deadline voor een handelsakkoord ligt voorlopig op eind 2020. Die termijn was al niet bepaald ruim, maar de coronacrisis maakt overleggen ook niet makkelijker.

Verlenging overgangsperiode is een uitweg

Tot eind dit jaar geldt er nog een overgangsperiode, waarbij de Europese wetten en regels gelden. Voor de periode daarna moet er een nieuw handelsakkoord worden gesloten. Daarover hebben beide kampen afgelopen week opnieuw onderhandeld. En de conclusie was eensgezind: veel vooruitgang is er niet. Het is dan ook niet niks wat er gladgestreken moet worden. De EU ziet graag dat de Britten zich ook in de toekomst goeddeels aan Europese regels houden, omdat het land anders oneerlijk kan concurreren met EU-lidstaten. Het VK wil na de Brexit juist zo veel mogelijk ruimte om andere handelsafspraken te maken.
Er is nog een uitweg: de Britten kunnen vragen om de overgangstermijn met 2 jaar te verlengen. Maar dat verzoek moeten de Britten dan vóór 1 juli 2020 doen. En de Britse premier Boris Johnson vertelt tegen iedereen die het maar horen wil dat er géén verlenging komt. Dan maar geen deal aan het eind van het jaar.

Impact ‘no deal’ ook groot voor dienstensector

Zoals vaker kan de harde opstelling onderdeel zijn van het onderhandelingsspel. Waarna er na de zomer ineens toch een doortimmerd akkoord uit de hoge hoed komt. Maar het andere scenario kan óók uitkomen: de overgangsperiode loopt eind dit jaar af zonder nieuw handelsakkoord. Dat heeft grote impact op de grenscontroles en de regels voor bijvoorbeeld buitenlandse werknemers. Dat vraagt dus voorbereiding van Nederlandse organisaties en ondernemingen die zakendoen met het VK (zie ook het eerdere artikel ‘Vragen over: voorbereiding op de Brexit’).
De impact is breed. Bij een ‘no deal’-scenario doemen meteen beelden op van producten die in lange files voor de grens staan te verpieteren. Maar juist ook de dienstensector krijgt dan klappen, blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Van de export naar het VK in 2019 was 57% dienstenexport. In totaal heeft Nederland vorig jaar ruim € 28 miljard verdiend aan de export naar het VK.

Bijlagen bij dit bericht

De grens over
Infographic
Teruggaaf van buitenlandse BTW
Verdiepingsartikel