Exporteurs die kosten hebben moeten maken om aan de Brexit-eisen te voldoen, kunnen hier subsidie voor aanvragen. Het loket bij uitvoerder RVO is sinds 2 november open en sluit op 31 maart 2023 om 17:00 uur, tenzij het budget eerder op is.
Momenteel gaat het in Groot-Brittannië vooral over de politieke turbulentie in het land, maar in 2020 was het nog Brexit wat de klok sloeg. Op 31 januari 2020 hebben de Britten de Europese Unie officieel verlaten, en sinds 2021 zijn er weer douanecontroles aan de Britse grens.
Dit betekent voor exporteurs (infographic) die al langer zakendoen met het Verenigd Koninkrijk (VK) dat zij de bedrijfsvoering flink moeten aanpassen. Waar goederen eerst haast fluitend de grens overgingen, komen daar nu papierwerk en invoerprocedures bij kijken. En belastingen.
De aanpassingen in de bedrijfsvoering kosten geld, en dat kunnen ondernemingen nu deels terugkrijgen van de overheid. Dat geld komt uit de Brexit Adjustment Reserve (BAR). Het gaat bij deze tegemoetkoming niet om gemiste omzet, maar bijvoorbeeld om kosten voor opleidingen, ICT-aanpassingen en extern advies. Het maximale subsidiebedrag hangt af van de grootte van de onderneming en de soort kosten. Voor de subsidie voor gemaakte kosten is in totaal € 185 miljoen beschikbaar. Uitvoerder RVO behandelt de aanvragen op volgorde van binnenkomst.
Om in aanmerking te komen voor de tegemoetkoming moeten ondernemingen aantonen dat zij al in 2020 een deel van de omzet uit het VK haalden. Ook moet de aanvrager aantonen dat de gemaakte kosten een gevolg zijn van de Brexit. Het moet gaan om kosten die zijn gemaakt in de periode van 1 januari 2018 tot en met 31 oktober 2022.
Naast de subsidie voor gemaakte kosten is er ook nog € 33 miljoen beschikbaar voor nog te maken kosten, aan te vragen tot en met 13 januari 2023 om 17:00 uur. Ondernemers kunnen ook nog aankloppen bij een loket van de RVO om te zoeken naar andere internationale afzetmarkten, in plaats van het VK.