Iedere werknemer heeft voortaan een BSN

20 januari 2014 | Door redactie

Voortaan moet u van iedere werknemer die bij uw onderneming aan de slag gaat een burgerservicenummer (BSN) in de loonadministratie opnemen. Tot en met 2013 kregen bepaalde buitenlandse werknemers nog een sofinummer.

In het verleden kregen buitenlandse werknemers die niet bij een Nederlandse gemeente waren ingeschreven geen BSN. Zij kregen nog een ouderwets sofinummer. Dat moest u dan in de loonadministratie opnemen in plaats van een BSN. De nieuwe Wet basisregistratie personen regelt echter dat sinds 6 januari 2014 ook niet-ingezetenen geregistreerd worden.

Meestal zijn sofinummer en BSN gelijk

Het verschil tussen een BSN en het sofinummer is de manier waarop en waarvoor het nummer gebruikt wordt. Het BSN is een algemeen persoonsnummer dat in de gehele publieke sector gebruikt wordt, dus ook in het onderwijs en de zorg. Het sofinummer werd door de Belastingdienst toegekend en ook alleen voor belastingen en sociale verzekeringen gebruikt. In de meeste gevallen zijn het BSN en het sofinummer gelijk. In sommige gevallen is echter een volledig nieuw nummer toegekend.

Elke buitenlander moet zich inschrijven

Buitenlandse werknemers moeten zich voortaan altijd inschrijven en ontvangen daarna een afschrift van hun geregistreerde gegevens én hun BSN.

  • Buitenlandse werknemers die niet langer dan vier maanden in Nederland blijven en werknemers die niet in Nederland wonen – zoals grensarbeiders en buitenlandse studenten – moeten zich voortaan persoonlijk inschrijven in de nieuwe Registratie Niet Ingezetenen (RNI). Dat kan in 18 Nederlandse gemeenten: Alkmaar, Almelo, Amsterdam, Breda, Den Haag, Doetinchem, Eindhoven, Groningen, Goes, Heerlen, Leeuwarden, Leiden, Nijmegen, Rotterdam, Terneuzen, Utrecht, Venlo en Zwolle.
  • Buitenlandse werknemers die langer dan vier maanden in Nederland blijven, moeten zich inschrijven bij de gemeente waar ze gaan wonen. Mogelijk moeten zij ook een verblijfsvergunning en tewerkstellingsvergunning aanvragen.