Het idee om levenslooptegoed belastingvrij om te zetten in een oudedagsvoorziening gaat – nog vóór het plan is uitgewerkt – al de prullenbak in. Staatssecretaris Weekers van Financiën raadt de invoering van zo’n regeling af, omdat het te complex is.
Zoals u in het bericht ‘Bij opheffing levensloopregeling 20% onbelast’ al kon lezen, is het openen van een nieuwe levensloopregeling al sinds 1 januari 2012 niet meer mogelijk. Alleen spaarders die op 31 december 2011 een levensloopsaldo hadden van € 3.000 of meer, mogen nog doorsparen. Voor kleine spaarders viel het tegoed per 1 januari 2013 al automatisch vrij, maar ook de huidige spaarders kunnen dit jaar hun tegoed opnemen met een fiscaal voordeeltje van 20%. Blijven ze doorsparen, dan valt hun tegoed per 1 januari 2022 vrij. Hierover kon u ook al lezen in het bericht ‘Levensloop per 2022 met pensioen?’.
Toch heeft staatssecretaris Weekers van Financiën ook nog een andere optie overwogen. Het levenslooptegoed zou namelijk ook belastingvrij omgezet kunnen worden in een lijfrente, een oudedagsvoorziening in de derde pijler. De derde pijler is de persoonlijke aanvulling op AOW en werkgeverspensioen, zoals spaargeld, een lijfrenteverzekering en een eigen koophuis.
Weekers heeft echter onlangs in een brief aan de Eerste Kamer (pdf) laten weten dat deze mogelijkheid te ingewikkeld is. Hij raadt het omzetten van levensloop in een oudedagsvoorziening dan ook af. De overheid heeft er juist voor gezorgd dat spaarders hun levenslooptegoed vrij kunnen opnemen, zodat consumptie wordt aangewakkerd. Het omzetten van tegoed in een oudedagsvoorziening is strijdig met deze vrije bestedingsstimulans.