Als een werknemer arbeidsongeschikt raakt, moet uw onderneming hem gedurende twee jaar minimaal 70% van zijn loon doorbetalen. Dat geldt niet alleen voor het gewone loon, maar ook voor de overwerkvergoeding. De hoogte van deze vergoeding hangt af van hoeveel andere werknemers tijdens de ziekteperiode van de werknemer hebben overgewerkt.
Volgens de wet heeft elke zieke werknemer recht op doorbetaling van minimaal 70% van zijn laatstverdiende loon. Ook toeslagen zoals een bonus of overwerkvergoedingen moet u meetellen bij het bepalen van dit laatstverdiende loon. Alleen als in de cao, het arbeidsvoorwaardenreglement of de arbeidsovereenkomst expliciet staat dat toeslagen uitgesloten zijn, mag u ze buiten beschouwing laten. Het gerechtshof van Den Bosch heeft onlangs in een zaak duidelijk gemaakt hoe uw onderneming met de overwerkvergoeding van zieke werknemers om moet gaan.
Volgens het hof heeft een zieke werknemer recht op loondoorbetaling op basis van zijn gewone loon en de overwerkvergoeding als hij die vergoeding ook zou krijgen als hij niet ziek was geweest. Hij moet dan wel kunnen bewijzen dat dit het geval is. Dat kan soms nog best ingewikkeld zijn, vooral als het overwerk niet vast, maar incidenteel is.
Als de collega’s van de zieke werknemer collectief hebben overgewerkt, is dit volgens het gerechtshof genoeg om aannemelijk te maken dat de werknemer dit ook gedaan zou hebben als hij niet ziek was geweest. Hierop geldt één uitzondering: als de andere werknemers overwerken om de afwezigheid van de zieke werknemer op te vangen. Wil een zieke werknemer bewijzen dat hij een overwerkvergoeding hoort te ontvangen, dan kan de rechter uw onderneming verplichten om de urenlijsten van andere werknemers aan de werknemer te laten zien.
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 28 oktober 2014, ECLI (verkort): 4463