Een werkgever moet minimaal het wettelijk minimumloon aan werknemers uitbetalen. Er zijn situaties waarin dat per ongeluk misgaat. Waar kunnen werkgevers onbedoeld de mist ingaan met het minimumloon?
De Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML) schrijft voor dat werknemers recht hebben op het minimumloon, dat elk jaar op 1 januari en 1 juli wordt bijgesteld.
Jongeren die een loon verdienen rond het wettelijk minimumjeugdloon, hebben recht op een hoger percentage van het minimumloon zodra ze een jaar ouder worden. Een werknemer die op 7 mei 20 jaar is geworden, had op 6 mei recht op 60% van het wettelijk minimumloon (tool), maar per 7 mei moet hij minimaal 80% verdienen. Administratief is het vaak eenvoudiger om de loonaanpassing in te laten gaan op de eerste dag van het loontijdvak waarin de werknemer jarig is.
Als uw organisatie bij ziekte 70% van het loon doorbetaalt, mag dit bedrag in het eerste ziektejaar niet lager uitvallen dan het voor de werknemer geldende minimumloon. Een werknemer die ziek wordt, heeft in zijn eerste ziektejaar recht op het minimumloon dat bij zijn leeftijd past. In het tweede jaar mag de loondoorbetaling bij ziekte wél lager zijn dan het wettelijk minimumloon.
Er is tot 2024 geen wettelijk minimumloon per uur. Waar een werknemer recht op heeft, hangt af van hoeveel uur een fulltime dienstverband in uw organisatie is. Kunnen werknemers in uw organisatie maximaal 37 uur per week werken, dan wordt het minimumuurloon voor uw organisatie bepaald door het minimumloon per week te delen door 37 uur. Als de werkgever standaard 1/40 van het wettelijk minimumloon per week aanhoudt, doet hij zijn werknemers tekort.
Met ingang van 2024 is er juist alleen nog een wettelijk minimumloon per uur waar werknemers recht op hebben. Als met een werknemer een vast maandloon en een vast aantal uren per week is afgesproken, moet de werkgever het gemiddelde aantal arbeidsuren per maand afleiden van het totale aantal (verwachte) arbeidsuren in het kalenderjaar.
Als uw organisatie het wettelijk uurloon uitbetaalt aan werknemers, is het zaak om dit niet te vroeg af te ronden. Stel dat in de tweede helft van 2023 het uurloon van een 20-jarige bij een 37-urige fulltime werkweek is bepaald op (€ 324,25 per week gedeeld door 37 uur =) € 8,76. Toch betaalt uw onderneming dan eigenlijk te weinig. Als € 8,76 weer wordt vermenigvuldigd met 37, komt daar namelijk een loon per week van € 324,12 uit. Dat is per week 13 cent minder dan het wettelijk minimumloon voor een 20-jarige.
De Nederlandse Arbeidsinspectie kan bestuurlijke boetes opleggen bij onderbetaling. De hoogte hangt af van de duur en het percentage van onderbetaling. De boete kan oplopen tot € 10.000 per onderbetaalde werknemer bij betaling onder het minimumloon en nog eens € 2.000 voor elke werknemer die onvoldoende vakantiebijslag krijgt. Als het achterstallige loon niet binnen vier weken alsnog wordt uitbetaald, kan daar een dwangsom van maximaal € 500 per werknemer per vertragingsdag bij komen.