De ODE-tarieven zullen komende jaren nog stijgen

15 september 2020 | Door redactie

In het wetsvoorstel Wet aanpassing opslag voor duurzame energie- en klimaattransitie (ODE) worden de tarieven conform het Regeerakkoord en Klimaatakkoord aangepast. De ODE is een heffing op het gebruik van elektriciteit en aardgas die dient ter financiering van de met de subsidieregeling Stimulering Duurzame energietransitie (SDE++) samenhangende kasuitgaven. De SDE++ stimuleert naast duurzame energieproductie ook CO2-reductie.

Heeft uw organisatie plannen om in 2021 in duurzame energiebronnen te investeren, dan kunt u gebruikmaken van de subsidieregeling Stimulering Duurzame Energie (SDE+ of de SDE++). De SDE+-subsidie is in het leven geroepen om de productie van duurzame energie te stimuleren. Ter financiering van deze subsidie is de ODE in het leven geroepen: de Opslag Duurzame Energie (ODE). De ODE-tarieven zijn in 2020 verhoogd. De verhoging van de ODE-kosten voor inkoop van elektriciteit heeft impact op diverse aspecten die van invloed zijn op het reduceren van de CO2-emissie. Dit geldt met name voor de vestigingen met de grootste kostenstijging ofwel de vestigingen met belichting (glastuinbouwsector).

ODE kostenstijging in de toekomst

De ODE-kosten op elektriciteit bedragen voor de glastuinbouwsector als geheel in 2020 naar schatting minimaal € 49 miljoen en in 2019 minimaal € 19 miljoen. De ODE-kosten elektriciteit nemen daarmee in 2020 met minimaal € 30 miljoen toe. Dit is een toename van 153%. Gemiddeld per vestiging is de kostenstijging € 9.300 en gemiddeld per m2 kas € 0,33.
In de toekomst zullen de tarieven voor de ODE verder stijgen. Uitgaande van de door het ministerie  verstrekte ODE-tarieven voor 2025, nemen de ODE-kosten elektriciteit op sectorniveau in 2025 toe tot minimaal € 65 miljoen. Ten opzichte van 2019 is dit een kostenstijging van minimaal € 46 miljoen (+235%).  De toekomstige kostenstijging in 2025 ligt daarmee ruim 50% hoger dan de kostenstijging in 2020.

SDE++ steunt ook op ODE

Ook de SDE++-gelden steunen op de ODE. Bij de SDE++ gaat het juist om het reduceren van CO2 of andere broeikasgassen. Eén van de doelstellingen is om in 2030 deze broeikasgassen met 49% te hebben teruggedrongen. De subsidie is in eerste instantie bedoeld voor de technieken die kosteneffectief de CO2-uitstoot kunnen reduceren. Deze nieuwe technieken moeten duurzaam inzetbaar zijn, zodat subsidie voor de techniek langzaam kan worden afgebouwd en dit subsidiegeld op den duur hiervoor niet meer nodig is. Met de SDE+ en SDE++ levert het ministerie van Economische Zaken een belangrijke bijdrage aan het Energieakkoord.

Bijlagen bij dit bericht