Als uw bestelauto twee zitplaatsen heeft, hoeft u niet bang te zijn dat u daardoor tot het betalen van bijtelling bent veroordeeld. Volgens de Hoge Raad zijn twee zitplaatsen namelijk onvoldoende reden om uit te gaan van privégebruik. Is de auto ongeschikt voor privégebruik, dan is een rittenadministratie niet nodig om onder de bijtelling uit te komen.
De Hoge Raad oordeelde onlangs over een zaak waarin een ondernemer toch bijtelling moest gaan betalen vanwege de tweede stoel in de cabine. De inrichting van de bestelauto bepaalt namelijk of de auto geschikt is voor privégebruik en of er dus bijtelling moet worden betaald door u of uw werknemers. De ondernemer was het niet met het oordeel eens. Zijn bestelauto was volgens hem duidelijk alleen zakelijk te gebruiken. Zo stonden de naam van de onderneming en reclame-uitingen op de auto vermeld. Daarnaast was de inrichting bestemd voor vervoer van materialen en gereedschappen. Maar vanwege de tweede stoel stelde de Belastingdienst toch dat de auto ook privé gebruikt kon worden, waardoor de ondernemer een navorderingsaanslag kreeg voor de bijtelling.
Het gerechtshof in Arnhem had aangegeven dat de auto vanwege de inrichting nagenoeg uitsluitend geschikt was voor het vervoer van goederen. Dat de ondernemer de bestelauto eventueel kon gebruiken voor het vervoer van personen, maakte niet uit. De navorderingsaanslag was dus onterecht opgelegd. De staatssecretaris van Financiën ging hierop in cassatie, maar de Hoge Raad besliste niet anders in deze zaak. De aanwezigheid of het gebruik van de tweede stoel was niet van belang, want de bestelauto was duidelijk alleen bedoeld voor het vervoer van goederen. De ondernemer hoefde dus geen bijtelling te betalen.
Hoge Raad, 13 juli 2012, LJN: BX0920