Altijd nagaan of bestelauto achter hek staat

23 januari 2017 | Door redactie

Als een belastingplichtige stelt dat zijn bestelauto’s buiten werktijd niet gebruikt konden worden, waardoor hij geen rekening hoefde te houden met de bijtelling, moet de rechter onderzoeken of dit klopt. Hij mag aan dit argument niet voorbijgaan. Dit heeft de Hoge Raad onlangs aangegeven.

Voor de bestelauto van de zaak moet een organisatie voor het privégebruik in principe rekening houden met een bijtelling (tool) in de loonheffingen bij de werknemer. Deze bijtelling kan echter voorkomen (tool) worden. Zo geldt er geen bijtelling als:

  • de bestelauto uitsluitend of nagenoeg uitsluitend geschikt is voor het vervoer van goederen;
  • er schriftelijk met de werknemer is overeengekomen dat het verboden is om privé met de bestelauto te rijden (tool);
  • de bestelauto buiten werktijd achter slot en grendel staat en daardoor in die tijd niet gebruikt kan worden.

Bestelauto’s achter slot en grendel

In de zaak die voor de Hoge Raad speelde ging het om de derde voorwaarde. Bij een Chinees restaurant had een boekenonderzoek plaatsgevonden waarbij kritisch werd gekeken naar het privégebruik van de (bestel)auto’s waarvoor geen bijtelling was gedaan. De restauranthouder had geen verklaringen geen privégebruik in zijn administratie en beschikte ook niet over rittenregistraties. De inspecteur legde daarom naheffingsaanslagen op. De naheffingsaanslagen werden door de rechters gehandhaafd, maar de Hoge Raad komt tot een ander besluit. De restauranthouder had namelijk aangegeven dat de bestelauto’s achter slot en grendel na werktijd werden geplaatst. Aan dit argument was het Hof volledig voorbijgegaan volgens de Hoge Raad. Daarom verwijst ons hoogste rechtsorgaan de zaak. Het verwijzingshof moet gaan beoordelen of de bestelauto’s wel of niet achter slot en grendel stonden/staan.
Hoge Raad, 20 januari 2017, ECLI (verkort): 44