Er is eindelijk duidelijkheid over de loonbelastingtabellen die werkgevers moeten toepassen voor inwoners van België, Aruba en Suriname. Werkgevers moeten voor deze werknemers de tabellen voor inwoners van de landenkring of een derde land gebruiken. Op die manier voorkomen ze dat het belastingdeel van de algemene heffingskorting dubbel uitgekeerd wordt.
Sinds 1 januari 2019 moeten werkgevers aparte loonbelastingtabellen toepassen voor werknemers die niet in Nederland wonen, omdat deze werknemers geen recht meer hebben op het belastingdeel van de loonheffingskorting. Door belastingverdragen hebben inwoners van België, Aruba en Suriname nog wél recht op dit deel, maar de Belastingdienst kon voor deze groep werknemers niet op tijd loonbelastingtabellen en rekenregels ontwikkelen.
Vanaf 1 januari 2020 moeten werkgevers bij de aangifte loonheffingen aparte loonbelastingtabellen gaan gebruiken voor werknemers die wonen in Aruba, Suriname en België, maar tot die tijd is er een tijdelijke oplossing:
Er waren per 1 januari 2019 al heel wat extra loonbelastingtabellen (tool) bijgekomen, omdat het belastingdeel van de loonheffingskorting alleen nog bedoeld is voor inwoners van Nederland. In de loonbelastingtabellen is daarom onderscheid gemaakt tussen drie groepen werknemers:
Alleen in de tabellen voor Nederlandse werknemers het belastingdeel van de algemene heffingskorting verwerkt.
In principe hebben werknemers die niet in Nederland wonen geen recht meer op het belastingdeel van de loonheffingskorting. Voor werknemers die inwoner zijn van een land uit de landenkring geldt een uitzondering: zij hebben wel recht op het belastingdeel van de arbeidskorting. Werknemers die niet in Nederland wonen, maar die wel verzekerd zijn voor de volksverzekeringen, hebben nog wel altijd recht op het andere deel van de loonheffingskorting: het premiedeel.