Overhevelen pensioen naar bv kan duur grapje zijn

9 januari 2019 | Door redactie

Directeuren-grootaandeelhouders (dga's) die schuiven met hun opgebouwde pensioenpotjes doen er goed aan om voorzichtig te zijn. Anders riskeren zij een fikse aanslag, omdat de inspecteur de pensioenaanspraak bij het inkomen rekent. Zo brandde een dga zijn vingers, blijkt uit een recent gepubliceerd vonnis.

In deze zaak ging het om een dga van een bv die op twee plaatsen pensioen had opgebouwd. Eén pensioenaanspraak bij een onderneming waar de dga via zijn bv aandelen in had, die liep via Zwitserleven. En daarnaast nog een pensioenaanspraak bij een onderneming waar hij een tijd in loondienst was geweest.

Dga krijgt navorderingsaanslag op de mat

De waarde van beide pensioenaanspraken werd later overgeheveld naar de bv. Die leende vervolgens een bedrag van ruim € 135.000 aan de dga. Die zou daarover 7,9% rente gaan betalen en de hele lening (tools) zou uiteindelijk tegen 2023 afbetaald moeten zijn.
De dga kreeg echter een paar navorderingsaanslagen (tool) inkomstenbelasting aan de broek. De inspecteur rekende namelijk de pensioenaanspraken tot het inkomen van de dga. Volgens de inspecteur had de dga de pensioenaanspraak bij Zwitserleven ‘prijsgegeven’ door die in 2011 af te laten kopen en de afkoopsom over te hevelen naar de bv.

Prijsgeven pensioen is direct belasting betalen

Of het ‘prijsgeven’ is of niet is van belang voor de wettelijke uitleg. Bij prijsgeven van een pensioenaanspraak wordt de aanspraak direct aangemerkt als ‘loon uit vroegere dienstbetrekking’. Dat wil zeggen dat er dus inkomstenbelasting over betaald moet worden. Inmiddels zijn de regels wel iets minder zwaar dan de wettekst die gold in 2011.
Volgens de inspecteur was er in dit geval sprake van prijsgeven, aangezien de bv rode cijfers schreef. Er was dus helemaal geen ruimte voor de bv om het pensioen uit te gaan betalen.
De dga voerde aan dat hij en de bv een zakelijke lening (tool) hadden gesloten en dat er geen sprake was van prijsgeven. Tot aan zijn pensionering was er nog genoeg tijd om de lening weer terug te betalen.

Lening zonder zekerheden is onzakelijk

Maar de rechtbank ging daar niet in mee. Dat de bv een negatief eigen vermogen had en het pensioengeld had uitgeleend zonder daarbij zekerheden te bedingen was genoeg reden om aan te nemen dat het pensioen was prijsgegeven. De navorderingsaanslagen bleven dus in stand.
Rechtbank Den Haag, 9 september 2018 (publicatiedatum 4 januari 2019), ECLI (verkort): 9392