Banenafspraak: doel 2018 behaald en hoger LKV

5 juli 2019 | Door redactie

Werkgevers liggen nog steeds op koers om de doelstelling van 125.000 extra banen voor arbeidsbeperkten in 2025 te behalen. Om werkgevers verder op weg te helpen, gaat het één en ander veranderen.

De gezamenlijke doelstelling van de overheids- en marktsector voor 2018 was het realiseren van 43.500 extra banen voor mensen met een arbeidsbeperking, ten opzichte van de nulmeting in 2012. Dat is gelukt: de toename bedroeg eind 2018 51.956 banen. Dit is vooral te danken aan werkgevers uit de marktsector, die ruimschoots over de doelstelling van hun sector (31.000 extra banen) heengingen. De overheidswerkgevers haalden hun streefaantal (12.500 extra banen) niet, net als voorgaande jaren. Maar staatssecretaris Van Ark van SZW stipt aan dat de overheid wel is begonnen aan een inhaalslag en nog meer aandacht gaat besteden aan de banenafspraak.

Straks één doelstelling voor alle werkgevers

De banenafspraak komt voort uit het Sociaal Akkoord in 2013. Hierbij spraken de sociale partners en het kabinet af om meer arbeidsbeperkten aan het werk te krijgen. De publieke en private sector kregen afzonderlijke, jaarlijkse doelstellingen voor de periode 2015-2026. Halen werkgevers uit één van de twee sectoren hun jaarlijkse doelstelling niet, dan kunnen werkgevers in die sector de plicht opgelegd krijgen om een bepaald aantal arbeidsbeperkten in dienst te hebben of anders een boete (de quotumheffing) te betalen.
Het kabinet wil nu echter van deze aparte doelstellingen af. In een andere Kamerbrief geeft Van Ark aan dat de opdeling in sectoren het realiseren van extra banen belemmert. Ze wil daarom via een wetsvoorstel één doelstelling voor alle werkgevers regelen, zodat zij niet hoeven te steggelen over de vraag bij welke sector of werkgever een baan meetelt (bijvoorbeeld bij het inlenen van personeel).

LKV voor doelgroep banenafspraak kan fors stijgen

Ook zet Van Ark door dat bij activatie van de quotumregeling de werkgevers die meer banen realiseren dan op basis van hun quotum verplicht is, een beloning ontvangen. De bonus verloopt via het loonkostenvoordeel, dat omhoog kan gaan van € 2.000 naar maximaal € 7.000 per jaar per baan (25,5 uur per week). Werkgevers die hun quotum niet halen, zullen een ‘inclusiviteitsopslag’ op de Aof-premie betalen. De opslag bedraagt rond de € 5.000 per niet-gerealiseerde baan en zal niet meer afhangen van het aantal verloonde uren in een organisatie, maar van de loonsom. Werkgevers met minder dan 25 werknemers blijven uitgezonderd van de betaling van de heffing. Vanwege de voorgenomen wijzigingen krijgen werkgevers voorlopig geen quotumheffing opgelegd.