Ondernemers voor de inkomstenbelasting kunnen een brief van de Belastingdienst verwachten als zij zowel in 2017 als 2018 een omzet hadden die lager was dan € 5.000. Als zij zelfstandigenaftrek hebben geclaimd in hun aangifte kan dit onterecht zijn gedaan.
Om voor de zelfstandigenaftrek (tool) in aanmerking te komen moet een ondernemer voldoen aan een aantal voorwaarden. Dit zijn:
De Belastingdienst gaat ondernemers die in 2017 en 2018 op een lagere omzet dan € 5.000 uitkomen een brief sturen waarin hij hen waarschuwt dat de kans aanwezig is dat hij niet meer voldoet (2018) of heeft voldaan (2017) aan de voorwaarden van de zelfstandigenaftrek. Hierbij zal streng gekeken worden naar het urencriterium en/of de ondernemer naast zijn onderneming nog een dienstbetrekking heeft.
Om te voorkomen dat een ondernemer zijn zelfstandigenaftrek moet corrigeren of er niet meer voor in aanmerking komt omdat hij zijn aantal uren niet kan bewijzen, is het dus noodzakelijk dat hij de door hem gemaakte uren voor zijn onderneming nauwkeurig bijhoudt. Dit kan hij voorbeeld doen door het noteren van zijn ondernemingsuren in een (digitale) agenda.
Tot deze uren behoren niet de uren die hij maakt voor een onderneming die deel uitmaakt van een samenwerkingsverband met een of meer met hem verbonden personen als de uren hoofdzakelijk van ondersteunende aard zijn en dat het ongebruikelijk is dat een dergelijk samenwerkingsverband tussen niet-verbonden personen wordt aangegaan.