Winkelier kan nu soms onder verplichte openstelling uit

10 januari 2022 | Door redactie

Winkeliers in bijvoorbeeld een winkelcentrum hoeven niet meer mee te werken aan opgelegde wijzigingen in de openingstijden. Dat hoeft alleen als zij uitdrukkelijk hebben ingestemd met de wijziging. De wetswijziging die dat regelt is sinds 1 januari 2022 van kracht.

In tijden van hermetisch gesloten winkelstraten is het nu niet echt aan de orde, maar winkeliers in een winkelcentrum hebben vaak te maken met voorgeschreven openingstijden. De verhuurder ziet namelijk het liefst dat de winkels zo veel mogelijk tegelijkertijd open zijn, want dat is aantrekkelijker voor klanten.

Winkelier moet uitdrukkelijk instemmen met wijziging

Ondernemers die hier niet aan mee willen doen komen vaak maar moeilijk onder genomen besluiten over openstelling uit. De wetswijziging die nu in werking is getreden is mede ingegeven door heibel daarover in een winkelcentrum in Groningen een paar jaar geleden. Daar liep een winkelier tegen een boete van € 22.000 aan omdat hij niet mee wilde doen aan de verplichte openingstijden. De rechter oordeelde toen dat die boete terecht was opgelegd.
De Winkeltijdenwet is nu gewijzigd om winkeliers wat ruggensteun te geven bij besluiten over wijzigingen in de openingstijden. Een winkelier die niet uitdrukkelijk instemt met de wijzigingen, hoeft zich er ook niet aan te houden. Die afspraken zijn ‘nietig’, zoals het juridisch heet. Dit geldt voor nieuwe besluiten, maar het kan ook gelden voor wijzigingen die al eerder zijn opgelegd. Als een winkelier daar destijds niet uitdrukkelijk mee heeft ingestemd, hoeft hij zich vanaf nu niet meer aan die openingstijden te houden.

Niet met terugwerkende kracht schade claimen

De wijziging heeft echter géén terugwerkende kracht. Dus een winkelier die in bijvoorbeeld 2018 te maken heeft gekregen met een eenzijdige wijziging waar hij het niet mee eens was, kan niet over de afgelopen jaren nog schade claimen bij de verhuurder.
Verder geldt de eis dat de winkelier moet instemmen met de wijziging nadrukkelijk voor het moment van de besluitvorming. In bijvoorbeeld het huurcontract kan dus nog steeds staan dat de verhuurder de openingstijden bepaalt. Alleen, op het moment dat het besluit valt om de openingstijden te wijzigen, moet de ondernemer daar uitdrukkelijk mee instemmen. Nu moet in de praktijk nog blijken hoe de wijziging uitwerkt. Eerder spraken mkb’ers namelijk al de vrees uit dat de openingstijden nu expliciet in het huurcontract komen te staan.

Bijlagen bij dit bericht