Stelen is verboden en kan een goede reden zijn voor ontslag op staande voet. Dat geldt ook voor diefstal van iets kleins. Uit een recente rechtszaak bleek dat diefstal van een muntje van € 0,50 een werkneemster haar baan kostte.
Een werkneemster die werkte in een espressobar had een muntje van € 0,50 in haar zak gestopt. Een klant die een bezoek aan het toilet in de espressobar had gebracht, had het muntje daarvoor op de toonbank achtergelaten. Later had de werkneemster het muntje alsnog in de kassa gestopt. De camerabeelden waren het bewijs voor de diefstal en de werkneemster had het ook toegegeven. Ze werd op staande voet ontslagen door de werkgever.
De werkneemster stapte vervolgens naar de rechtbank om het ontslag aan te vechten. De rechter was van mening dat de diefstal vaststond en vond het feit dat het om een klein geldbedrag ging, niet uitmaakte: dit woog namelijk niet op tegen de vertrouwensbreuk die ze had veroorzaakt. In het verleden was ontslag wegens diefstal van kleine voorwerpen, zoals spaarzegels of een blikje energydrank, ook al voldoende reden geweest voor ontslag. De vertrouwensband tussen werkgever en werknemer was namelijk weg; iets dat erg belangrijk is als de werknemer de hele tijd bezig is met geld voor de werkgever.
Het korte dienstverband en de jonge leeftijd van de werkneemster gaven verder ook geen reden om het ontslag als onrechtvaardig te bestempelen. In het kort geding werd dus besloten dat het ontslag van de werkneemster voor het stelen van € 0,50 terecht was. Wel heeft de werkneemster nog de mogelijkheid om een bodemprocedure te starten.
Rechtbank Amsterdam, 19 december 2014, ECLI (verkort): 8731