Het aantal werknemers dat zich zorgen maakt over het behoud van hun baan is de afgelopen jaren afgenomen. Dit blijkt uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en TNO.
Dat de onzekerheid over baanbehoud onder werknemers is afgenomen, komt onder meer omdat minder werknemers te maken hebben gekregen met grote veranderingen in hun organisatie, zoals inkrimpingen en reorganisaties. Toch daalde de onzekerheid ook onder werknemers die wél deze veranderingen doormaakten. In 2016 maakte 24% van de beroepsbevolking zich zorgen over een eventueel ontslag. Dit is een stuk minder dan in 2013, toen 34% van de werknemers nog vreesde voor baanverlies.
In bijna alle bedrijfstakken nam de onzekerheid over baanbehoud af. Toch is de onzekerheid van werknemers over het behoud van hun baan nog steeds groter dan vóór de economische crisis. Zorgen over een eventueel ontslag komen het meest voor in de financiële sector en de bedrijfstakken vervoer en opslag en informatie en communicatie. Werknemers die zich relatief weinig zorgen maken zijn werkzaam in de landbouw en visserij, de horeca en het onderwijs. Werknemers van 45 tot 55 jaar vrezen het vaakst voor een gedwongen ontslag. Werknemers van 15 tot 25 jaar zijn daarentegen het minst onzeker over baanbehoud.