Werkhervatting heeft voorrang op het volgen van scholing, omdat dit voor een werkloze de kortste route naar werk is. Dit heeft minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) onlangs laten weten in een brief aan de Tweede Kamer. Het kan betekenen dat een WW-gerechtigde die scholing volgt, soms zijn opleiding zal moeten afbreken als de opleiding passend werk in de weg staat.
Of een werkloze scholing mag volgen terwijl hij een WW-uitkering ontvangt, hangt af van de vraag of het gaat om algemene scholing of scholing die UWV noodzakelijk vindt. In principe geldt dat een WW-gerechtigde beschikbaar moet blijven voor de arbeidsmarkt. Dit betekent dat hij moet voldoen aan de sollicitatieplicht en passend werk moet accepteren. Staat een opleiding passend werk in de weg, dan kan het voorkomen dat de werkloze de scholing moet beëindigen. Werk is namelijk de kortste route naar werkhervatting, vindt het kabinet.
Volgt een werkloze noodzakelijke scholing – hij heeft scholing nodig om een plek op de arbeidsmarkt te bemachtigen – dan hoeft hij tijdens de uren dat hij de opleiding volgt, echter niet beschikbaar te zijn voor de arbeidsmarkt. Tijdens die uren hoeft hij dus niet te werken en is hij dus ook niet verplicht om te solliciteren. Of de scholing noodzakelijk is, beoordeelt UWV aan de hand van de Beleidsregels Protocol Scholing 2014 (pdf).
Van noodzakelijke scholing is sprake als: