Keuring en onderhoud PBM's verplicht

15 december 2022 | Door redactie

Werknemers die op hoogte werken, lopen meer risico op het krijgen van een arbeidsongeval. Het gebruik van persoonlijke valbeveiliging is een van de maatregelen om werknemers hiertegen te beschermen. Goed onderhoud en keuring van deze beschermingsmiddelen is essentieel.

Vallen van een hoogte staat in de top vijf van oorzaken van meest voorkomende arbeidsongevallen. Werknemers die op hoogte werken moeten daarom goed beschermd worden tijdens het uitvoeren van hun werkzaamheden. De werkgever moet het risico van een arbeidsongeval zoveel mogelijk wegnemen of beperken. Persoonlijke beschermingsmiddelen zoals valbeveiliging spelen daarbij een cruciale rol. Het is niet alleen belangrijk dat werknemers weten hoe ze deze goed moeten gebruiken, maar ook dat de pbm’s jaarlijks worden gekeurd en goed worden onderhouden. Dat bevordert de levensduur en de betrouwbaarheid.

Keuring en onderhoud van PBM

Persoonlijke beschermingsmiddelen moeten aan normen voldoen. Daarin staan ook richtlijnen voor het onderhoud en de keuring ervan. Zo staat in de NEN-EN 365 dat persoonlijke beschermingsmiddelen voor valbeveiliging, zoals harnassen, vanglijnen en valstopblokken minimaal één keer per jaar gekeurd moeten worden. De meeste valbeveiliging heeft een levensduur van tien jaar. Die wordt echter beïnvloed door allerlei omstandigheden en kan daardoor ook korter zijn dan tien jaar. Denk aan intensief gebruik, zware weersomstandigheden of vervuiling en aantasting door blootstelling aan gevaarlijke stoffen. Het is verstandig om voor de verschillende PBM’s een planning voor onderhoud te maken.

Arbeidshygiënische strategie

Bij het voorkomen van een arbeidsongeval neemt de werkgever maatregelen volgens de arbeidshygiënische strategie. Dat betekent dat hij eerst het gevaar bij de bron moet bestrijden, en pas als dat niet mogelijk is, mogen maatregelen van een volgend niveau genomen worden. De werkgever moet dus eerst proberen werken op hoogte te vermijden. Pas als dat niet kan, mag hij overgaan tot maatregelen van een volgend niveau, zoals het plaatsten van een steiger of platform, het aanbrengen van permanente randbeveilging en doorvalbeveiliging bij trapgaten en uitsparingen. Pas als ook collectieve valbeveiliging niet mogelijk is, komen persoonlijke beschermingsmaatregelen in zicht, zoals veiligheidsgordels met vanglijnen of een valharnas.