De Tweede Kamer heeft naast de instemming met het Belastingplan 2025 ook een aantal moties en amendementen aangenomen. Met welke aanpassingen moeten ondernemers voor volgend jaar (nog meer) rekening houden?
Er zijn een aantal moties en amendementen aangenomen naast de goedkeuring van het Belastingplan 2025 door de Tweede Kamer. Zo gaat het percentage van de vrije ruimte van de werkkostenregeling omhoog van 1,92% naar 2% en vanaf 2027 wordt dit 2,16%. Om Om deze extra kosten te compenseren, is echter wel besloten om zowel de vrijstelling voor groene beleggingen in box 3 van de inkomstenbelasting, als de heffingskorting groene beleggingen per 1 januari 2025 te verlagen.
Het kabinet had op Prinsjesdag ook voorgesteld om de aftrekbeperking voor de earningsstrippingmaatregel te verhogen naar 25%, en dat de drempel van € 1 miljoen moest worden afgeschaft voor vastgoedvennootschappen met aan derden verhuurd vastgoed. Maar die afschaffing gaat niet door, het aftrekpercentage gaat wel naar 24,5% (nu nog 20%).
Het kabinet kwam daarnaast op Prinsjesdag met de afschaffing van de giftenaftrek in de vennootschapsbelasting. Deze afschaffing gaat echter niet door.
Als een directeur-grootaandeelhouder schenkt vanuit de bv wordt de gift niet gezien als verkapte dividenduitkering en hoeft er dus geen aanmerkelijk belangheffing (box 2) te worden betaald. Met Prinsjesdag was aangekondigd dat vanaf 1 januari 2025 een schenking uit de bv weer wel wordt gezien als een verkapte dividenduitkering en dat dit zou leiden tot heffing van box 2. Het amendement dat ingediend was om ook deze maatregel terug te draaien heeft het niet gehaald. Het kan dus interessant zijn om in 2024 nog via de bv giften te doen aan goede doelen.
De mogelijkheid tot het doen van aftrekbare periodieke giften in de inkomstenbelasting wordt daarnaast verruimd van maximaal € 250.000 per jaar, naar € 1,5 miljoen per jaar.
Het budget voor de Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO) wordt structureel verhoogd en fiscale constructies in de samenloop van de MIA en de Vamil worden afgeschaft.
Het is de bedoeling van het kabinet dat de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling (DSR) alleen nog maar toepasbaar zijn voor de verkrijging van gewone aandelen met een minimaal belang van 5% per 2026. Daardoor komen bijvoorbeeld opties op aandelen én belangen onder de 5% niet meer in aanmerking.Deze maatregel zal alleen samen met de vorig jaar aangenomen versoepeling voor kleine belangen in familiebedrijven (familietoets en verwateringsregeling) in werking treden. Over deze versoepeling moet de Europese Commissie nog oordelen. Als de Commissie versoepeling afkeurt, zal de beperking tot gewone aandelen moeten worden herzien.