Aan werknemers die met het openbaar vervoer naar hun werk komen, mag u nu een ov-abonnement onbelast vergoeden. Maar als de plannen voor de herziening van het reiskostenregime doorgang vinden, moet u in 2013 de zakelijke reizen met het abonnement splitsen van de woon-werk- en privéritten.
In het bericht ‘Weekers weet nog niet wat woon-werkverkeer is’ kon u al lezen over één van de knelpunten die staatssecretaris Weekers van Financiën moet oplossen voordat de afschaffing van de onbelaste vergoeding voor woon-werkverkeer doorgang kan vinden. Een tweede punt dat volgens de hoofdlijnennotitie herziening fiscale regime kosten van woon-werkverkeer (pdf) nog moet worden uitgewerkt, is de waardering van woon-werkverkeer en zakelijke reizen. Als die in 2013 niet meer op dezelfde manier worden behandeld, moet het namelijk mogelijk zijn om hier onderscheid tussen te maken.
Als uw onderneming aan werknemers een abonnement voor het openbaar vervoer vergoedt of verstrekt, is de kans groot dat de werknemer dit zowel gebruikt voor woon-werkverkeer als voor zakelijke reizen. Als de plannen voor het woon-werkverkeer doorgaan, mag u in 2013 alleen het deel van het abonnement dat de werknemer spendeert aan dienstreizen nog onbelast laten. U moet het dus splitsen.
Ook als uw onderneming vervoer van de woning naar de werkplek organiseert voor werknemers, mag u dat niet meer onbelast vergoeden of verstrekken. U moet de waarde van dit vervoer bepalen en deze waarde tot het loon van de werknemer rekenen. Als uw onderneming de werkkostenregeling al hanteert, kunt u de waarde ook onderbrengen in de vrije ruimte.
Van al deze extra administratieve rompslomp heeft u maar één jaar last. Volgens de plannen vervalt per 1 januari 2014 immers ook de onbelaste vergoeding voor zakelijke reizen. Dan is het niet meer nodig om dit onderscheid te maken. U moet gewoon alle reizen belasten.