Het is voor elke organisatie nodig om te veranderen om te kunnen blijven bestaan. Hoe groot of klein die veranderingen ook zijn, van werknemers wordt verwacht dat ze flexibel meebewegen. En dat vraagt om een andere aanpak van de leidinggevende.
Het is voor leidinggevenden prettig als werknemers grote en kleine veranderingen in de organisatie accepteren en toepassen. Het lijkt het eenvoudigst om veranderingen simpelweg aan te kondigen en verplicht te stellen en ervan te gaan dat werknemers er wel in meegaan omdat zij zich ook willen blijven ontwikkelen (tools). Zo’n aanname kan echter tot heel wat onvrede leiden.
Wat kan de leidinggevende het beste doen als de organisatie gaat veranderen? Hij moet:
Door werknemers te betrekken bij het verandertraject, voelen zij zich ook verantwoordelijk voor het eindresultaat en zullen zij veranderingen eerder omarmen. De leidinggevende moet tot slot zorgen voor de optimale omstandigheden op de werkvloer, omdat de werknemers de nieuwe plannen uiteindelijk moeten gaan uitvoeren.
Leidinggevenden doen er goed aan om de ondernemingsraad (OR) bij veranderingen te betrekken en zijn dat in sommige gevallen ook verplicht. Zo geeft artikel 27 van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) de OR instemmingsrecht op diverse onderwerpen. Bovendien weet OR wat er speelt onder de werknemers. Dat kan heel waardevolle informatie zijn voor het creëren van draagvlak voor de veranderingen.