Werkende vrouwen melden zich vaker ziek op werk dan mannen. Dit geldt voor alle leeftijdscategorieën, maar het verschil is het grootst in de groep werknemers van 25 tot 35 jaar. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
In alle leeftijdscategorieën werknemers tussen 15 en 65 geldt dat vrouwen meer ziek zijn dan mannen, maar het verschil is het grootst bij 25- tot 35-jarigen. Het ziekteverzuim van vrouwen in die leeftijdscategorie ligt op 4,3%, dat van mannen op 2,2%. Dat houdt in dat het gemiddelde ziekteverzuim van vrouwelijke werknemers neerkomt op 4,3 dagen per 100 werkdagen, en dat van mannen op 2,2 dagen.
Het ziekteverzuim neemt toe naarmate werknemers ouder worden. In de leeftijdscategorie 15- tot 25-jarigen is het ziekteverzuim met 2% dan ook het laagst. De belangrijkste oorzaken van ziekteverzuim bij jonge werknemers zijn astma en migraine. Werknemers in de categorie 55 jaar tot 65 jaar melden zich het meest ziek; in deze groep is het ziekteverzuimpercentage 6%. Oudere werknemers hebben namelijk vaker last van aandoeningen die een hoog ziekteverzuim met zich meebrengen, zoals nek-, rug- en gewrichtsklachten. Ook kampen zij vaker met hart- en vaatziekten.
Het uit 2012 daterende rapport Belemmerd aan het werk van het Sociaal en Cultureel Planbureau biedt vijf mogelijke verklaringen voor het hogere ziekteverzuim bij vrouwen: