Het is geen geitenwollensokkenstandpunt meer dat werknemers zuinig moeten omspringen met printspullen. Keken organisaties vroeger niet op een printje meer of minder, bezuinigen is nu de norm. Dat is in dit geval positief: het leidt tevens tot besparingen.
Maak gebruik van de volgende tips om te bezuinigen op uw printuitgaven en het milieu te sparen. Een eerste tip is om de inkt of toner zo ver als mogelijk op te gebruiken. Verwissel een cartridge niet meteen na het signaal dat de printer bijna leeg is. Vaak komt zo’n seintje al als er nog 10% van de printstof aanwezig is, zodat u alvast een nieuwe kunt bestellen. Maar dan is de printcartridge dus nog niet leeg: er kunnen dan nog heel wat afdrukken mee gemaakt worden (bij een tonercartridge voor drieduizend pagina’s nog wel driehonderd). Pas als uw afdrukken strepen, vlekken, vage plekken of andere onnauwkeurigheden gaan vertonen, is het tijd om in te grijpen.
Ook in dat geval is het niet altijd meteen nodig om de cartridge te verwisselen. U kunt het definitief omruilen nog een tijdje uitstellen door de cartridge een beetje te schudden en opnieuw in het apparaat te plaatsen. Zo wringt u nog heel wat extra printjes uit de vulling. Met inktpatronen is deze methode minder succesvol dan met tonercartridges. Houd in deze fase wel de nieuwe cartridge paraat, want als de afdrukken definitief lelijk worden en schudden niet meer helpt, moet er toch echt een nieuwe vulling in.
Het signaal dat waarschuwt voor een (bijna) lege cartridge met kleurstof heeft vaak tot gevolg dat u helemaal niet meer kunt printen. Maar het betekent lang niet altijd, zelfs meestal niet, dat álle cartridges leeg zijn. Meestal betreft het maar één kleur: vaak de kleur die u het meeste gebruikt, bijvoorbeeld omdat die nu eenmaal vaak in uw afdrukken voorkomt vanwege uw huisstijl of in het soort afbeeldingen dat u afdrukt. Soms is het mogelijk om alleen die ene cartridge te vervangen. Daarna kunt u weer een behoorlijk aantal afdrukken maken. Kijk via de beheersoftware van uw printer of de andere cartridges nog goed gevuld zijn. U kunt hier ook een programmaatje voor kopen of downloaden.
Een laatste tip is om uit te rekenen hoeveel u daadwerkelijk print. Een laserprinter is al vanaf een redelijk klein aantal printjes voordeliger dan een inktjet, soms zelfs vele malen. Inktprinters zijn vooraf meestal goedkoper, maar duurder in gebruik door de hoge inktkosten. Mocht u niet veel printen, dan is dit de meer betaalbare optie. Inktprinters zijn ook vaak beter in het afdrukken van afbeeldingen. Maar als u voornamelijk tekstdocumenten print, is de laserprinter meestal de betere keus. U kunt achterhalen wat het beste bij u past door de kosten per pagina uit te rekenen.