Hoe moeten taalgebruikers dagen en maanden in teksten afkorten? Wanneer gebruikt men ma, di, wo, apr en nov, en wanneer is het beter om de dagen en maanden voluit te schrijven?
Het heeft de voorkeur om de dagen en maanden voluit te schrijven en niet af te korten. In een tekst leest het prettiger als deze woorden voluit geschreven zijn. Maar soms is er simpelweg niet genoeg ruimte om de dagen en maanden helemaal te schrijven, bijvoorbeeld in tabellen, infographics en andere overzichten. Welke afkortingen zijn gebruikelijk?
De dagen kunnen afgekort worden door de eerste twee letters van de naam te gebruiken.
Er zijn geen uitzonderingen in de afkortingen voor dagen. Na de twee letters mag een punt worden gezet, maar dat is niet verplicht. Andere mogelijkheden zijn afkortingen van drie of vier letters voor woensdag, vrijdag en zaterdag (woe, vrij en zat). Deze kunnen ook zowel met en zonder punt erachter. Om een uniform overzicht te houden en missers in communicatie te voorkomen (tool), is het mooier om alle dagen op dezelfde manier af te korten en daarbij gaat de voorkeur uit naar de afkorting met twee letters.
Voor de maanden bestaan de afkortingen uit drie letters. Na de drie letters mag een punt worden gezet, maar dat hoeft niet. Uitzonderingen zijn de maanden mei, juni en juli. Mei is te kort om af te korten en vaak worden juni en juli ook voluit geschreven omdat ze zo kort zijn. Februari wordt vaak afgekort tot febr en september tot sept. In een zakelijke tekst (artikel) waar de rest van de maanden uit drie letters bestaat, staat het wel netter om alle maanden af te korten naar drie letters.